V
OOR HET OPSTARTEN
U mag de unit niet opstarten, zelfs niet voor een korte periode,
vooraleer u de volgende controlelijst volledig heeft ingevuld.
vermeld
na controle
standaardprocedure vooraleer de unit op te starten
1
Controleer of de buitenzijde niet beschadigd is.
2
Open alle afsluiters die als volgt in het rood worden
aangeduid: "OPEN DEZE KLEP VOOR HET OPSTARTEN".
(Open volledig de vloeistof-, gas- en aanzuigafsluiters (indien
deze zijn voorzien).)
3
Monteer hoofdzekeringen, een differentieel en een
hoofdschakelaar.
Aanbevolen zekeringen: aM overeenkomstig IEC-standaard 269-2.
Raadpleeg het elektrisch schema voor de grootte.
4
Schakel de hoofdvoeding in en controleer of deze binnen de
maximale afwijking van ongeveer 10% ligt ten opzichte van de
spanning vermeld op de naamplaat.
De elektrische hoofdvoeding moet zodanig worden
aangesloten dat deze kan worden in- en uitgeschakeld
onafhankelijk van de elektrische voeding van het systeem en de
uitrusting in het algemeen.
Raadpleeg het elektrisch schema, klemmen L1, L2 en L3.
5
Zorg voor watertoevoer in de verdamper en controleer of de
waterstroom binnen de grenzen ligt die vermeld zijn in de tabel
onder het punt
"Watervulling, -stroom en -kwaliteit" op pagina
6
De leidingen moeten volledig worden ontlucht. Raadpleeg ook
het punt
"Voorbereiding, controle en aansluiting van het
watercircuit" op pagina
7
Sluit het (de) pompcontact(en) in serie met het contact van de
debietschakelaar(s) aan zodat de unit enkel kan werken als de
waterpompen in werking zijn en er voldoende waterstroom is.
Bij DICN-configuraties moet elke waterkoeler uitgerust zijn met
een eigen vlotterschakelaar en moet een vergrendeling
voorzien zijn met de pomp die instaat voor de waterstroom naar
de waterkoeler.
8
Controleer het oliepeil in de compressoren.
9
Installeer de bij de unit geleverde filterkit(s) voor de
waterinlaat van de verdamper(s).
10
Controleer of alle watersensoren goed bevestigd zijn in de
warmtewisselaar (zie ook de sticker op de warmtewisselaar).
LET OP
Vooraleer de unit in werking te stellen dient u de
gebruiksaanwijzing door te nemen die is mee-
geleverd met de unit. Daardoor zult u meer inzicht
hebben in de werking van de unit en het
elektronisch besturingssysteem.
Sluit na montage van de unit alle deurtjes van de
schakelkast.
Ik bevestig hierbij alle hierboven vermelde punten te hebben
uitgevoerd en gecontroleerd.
Datum
Handtekening
Bijhouden voor latere raadpleging.
EWLD120~540MBYNN
Watergekoelde waterafkoelers zonder condensor
4PW22686-1
4.
I
NSTELLINGEN OP MAAT IN HET
ONDERHOUDSMENU
Alle instellingen op maat moeten door een erkend
technicus worden uitgevoerd.
Om een instelling in het onderhoudsmenu te veranderen:
1
Ga naar het menu usersettings zoals beschreven in de
gebruiksaanwijzing en druk op h-toets om naar het laatste
scherm te gaan en het onderhoudsmenu op te roepen (dit kan
alleen als de unit uitgeschakeld is).
2
Voer het correcte paswoord in met behulp van de h- en
g-toetsen. Het paswoord vindt u in de onderhoudshandleiding.
3
Druk op q om het paswoord te bevestigen en het onderhouds-
menu te openen.
4
Ga met behulp van de h en g-toetsen naar het scherm met de
parameter die u wenst te wijzigen.
5
Plaats met behulp van de q-toets de cursor achter de
parameter die u wenst te wijzigen.
6
Selecteer de gewenste instelling met behulp van de h- en
5.
g-toetsen.
7
Druk de q-toets in om de wijziging te bevestigen. Nadat de
wijziging werd bevestigd, verplaatst de cursor zich naar de
volgende parameter, die dan kan worden configureerd.
8
Plaats de cursor in de linkerbovenhoek van het scherm zodra u
klaar bent met het veranderen van de parameters in dit scherm.
9
Herhaal de stappen vanaf punt 4 om andere parameters te
wijzigen.
Instellen van de minimumtemperatuur van het uitlaatwater
In het onderhoudsmenu kunt u de minimumtemperatuur van het
uitlaatwater (
temperatuur van het uitlaatwater verlaagt:
Voeg voldoende glycol toe aan het watersysteem, zoals
aangegeven in de tabel.
De
lagedrukbeveiliging
aangegeven in de tabel.
Gewicht van ethyleenglycol
Gewicht van propyleenglycol (%)
Lagedrukinstelling
Een verkeerde instelling van de minimumtemperatuur van
het uitlaatwater kan de installatie ernstig beschadigen.
Een unit in een setup van een DICN-systeem definiëren
Verander de instelling van
Wachtwoord instellen voor resetten van beveiliging
Om te voorkomen dat onbevoegde personen de beveiligingen
zouden resetten, wordt voor het resettten van een beveiliging
standaard het gebruikerswachtwoord gevraagd.
Dit wachtwoord kan wel worden veranderd in
.
LET OP
Aangezien het toestel schade kan oplopen door slecht
resetten van de beveiligingen, blijft de standaard-
instelling van het
) veranderen. Voor u de minimum-
moet
verlaagd
worden
minimumtemperatuur uitlaatwater
(
2°C
0°C
–5°C
(%)
10
20
30
15
25
35
(bar)
0,8
0,6
0,2
in
op elke unit.
best behouden.
Montagehandleiding
zoals
)
–10°C
40
40
0,2
of
8