stroomvoorziening is uitgeschakeld alvorens de positie van de Line Level Selector Switch te
veranderen.
48. KANAAL 1 LINE/PHONO INGANGEN – Aansluiting voor Cd spelers, tape decks en
andere line niveau apparaten. Het type van de input moet beantwoorden aan de gekozen
modus van de CHANNEL LINE LEVEL SELECTOR SWITCHES (47) keuzeschakelaar. Als
op deze ingang een draaitafel wordt aangesloten dient de CHANNEL LINE LEVEL
SELECTOR SWITCH (47) op "PHONO" te zijn ingesteld. De rode aansluiting geeft het
rechterkanaal weer en de witte aansluiting geeft het linkerkanaal weer. Het ingangsvolume
wordt met de fader van kanaal 1 bediend. Om een aangesloten bron te kunnen beluisteren
dient de SOURCE SELECTOR SCHAKELAAR (24) op de "LINE" positie te staan.
49. KANAAL 2 LINE/PHONO INGANGEN - Aansluiting voor Cd spelers, draaitafels en tape
decks en andere line niveau apparaten. Het type van de input moet beantwoorden aan de
gekozen modus van de CHANNEL LINE LEVEL SELECTOR SWITCHES (47)
keuzeschakelaar. Als op deze ingang een draaitafel wordt aangesloten dient de CHANNEL
LINE LEVEL SELECTOR SWITCH (47) op "PHONO" te zijn ingesteld. De rode aansluiting
geeft het rechterkanaal weer en de witte aansluiting geeft het linkerkanaal weer. Het
ingangsvolume wordt met de fader van kanaal 2 bediend. Om een aangesloten bron te
kunnen beluisteren dient de SOURCE SELECTOR SCHAKELAAR (24) op de "LINE" positie
te staan.
50. BOOTH UITGANGEN - De VERSADECK heeft een secundaire uitgang die gebruikt
wordt voor het monitoren van de mix of voor aansluiting van een extern opname apparaat.
Deze uitgang heeft een apart bedienbare volume BOOTH LEVEL (35) knop.
51
RCA MASTER UITGANGEN – De RCA connectoren sturen een ongebalanceerd
.
laagspannings uitgangssignaal. Deze aansluitingen dienen alleen gebruikt te worden bij
kortere kabellengten. Bij kabellengten van meer dan 4,5 meter dient gebruik gemaakt te
worden van de gebalanceerde XLR connectoren (52).
52
XLR GEBALANCEERDE MASTER UITGANGEN – De Master uitgangen zijn uitgevoerd
.
met twee gebalanceerde XLR connectoren en twee ongebalanceerde RCA connectoren
(51). De 3-polige XLR aansluitingen worden gebruikt voor het aansluiten op de
gebalanceerde ingangen van een eindversterker of op actieve luidsprekers. Gebruik deze
aansluitingen bij voorkeur, maar zeker bij kabellengten groter dan 4,5 meter.
53. USB MIDI AANSLUITING – Gebruik deze ingang voor aansluiting op een computer of
een aangesloten USB speler. Na het aansluiten van de computer op de USB 1.1 aansluiting
zal de computer de VERSADECK als een externe geluidskaart (USB code) herkennen. Er
kan nu muziek worden afgespeeld op de computer of het signaal kan via de USB 1.1
aansluiting als signaalbron naar het apparaat worden gestuurd. Tevens is het mogelijk het
Master uitgangssignaal via de USB 1.1 aansluiting op de computer op te nemen.
Let op: het verstuurde Master uitgangssignaal is niet afhankelijk van de stand van de
volumeregelaars. Bij gebruik van de USB 1.1 aansluiting is het raadzaam de handleiding van
de computer en die van het gebruikte programma te lezen.
54. USB POORT 2 – Dit is de tweede USB poort voor aansluiting van een USB stick, USB
SD kaartlezer of compatibele externe harde schijf voor weergave. BELANGRIJK: ZIE
PAGINA 8 VOOR DETAILS BETREFFENDE HET GEBRUIK VAN USB APPARATEN.
55. POWER SCHAKELAAR - Met deze schakelaar wordt de VERSADECK in- en
uitgeschakeld.
©American Audio® -
www.americanaudio.eu
– VERSADECK – Gebruikershandleiding pagina 18