Download Print deze pagina

Topcom TwinTalker 2000 Gebruiksaanwijzing pagina 2

Advertenties

4.11. Indicator van het batterijlaadniveau
1.Het laadniveau van de batterij wordt aangeduid door een aantal
vakjes binnenin het batterijpictogram in het LCD-scherm.
2.Als het laadniveau van de batterijen laag is, knippert het
batterijpictrogram om aan te geven dat de batterijen moeten worden
vervangen.
3.Laad het toestel niet op als gewone "AAA"-alkalinebatterijen werden
geplaatst. Gebruik enkel de optionele wissel-/gelijkstroomadapter met
herlaadbare Ni-MH-batterijen van het type "AAA" (niet meegeleverd).
Opmerking: zorg ervoor dat het toestel uitgeschakeld is wanneer de batterijen
worden opgeladen.
4.12. De zendontvanger opladen (optioneel)
Als u het toestel wilt gebruiken in combinatie met herlaadbare
batterijen (niet meegeleverd), zult u gebruik moeten maken van een
adapter met input 230 volt AC (50 Hz) en output 6 Volt gelijkstroom
100 mA.
• Plaats vier herlaadbare Ni-MH-batterijen van het type "AAA" in het
toestel (de batterijen worden niet meegeleverd met het toestel).
• Schakel het toestel uit.
• Sluit de adapter aan op een wandcontactdoos en steek het ronde
uiteinde in de laadaansluiting bovenop de zendontvanger. De
aansluiting is gemarkeerd met "CHG".
Opmerking: het duurt ongeveer 6 uur vooraleer de batterijen volledig zijn
opgeladen als ze bijna leeg waren. Bij nieuwe batterijen duurt het zo'n 14 uren
vooraleer ze volledig zijn opgeladen.
4.13. Twee kanalen monitor (Dual Watch)
• Druk driemaal op de Menu-toets
.
• Druk op de toetsen Omhoog
of Omlaag
kanaal te kiezen.
• Zodra Dual Watch is geactiveerd, wordt automatisch het kanaal
tussen de twee geselecteerde kanalen gescand. Bij ontvangst op het
6. VEILIGHEIDSAANWIJZIGEN
6.1. Beschadigde antenne
Gebruik geen communicatietoestellen met beschadigde antenne. Als een beschadigde antenne
in aanraking komt met de huid, kan dit leiden tot lichte brandwonden.
6.2.Batterijen
Batterijen kunnen materiële schade en/of lichamelijk letsel (zoals brandwonden) veroorzaken als
juwelen, sleutels of kettingen in aanraking komen met blootliggende aansluitpunten. Het
materiaal in kwestie kan een elektrische kring sluiten (kortsluiting) en als gevolg hiervan redelijk
warm worden. Wees steeds voorzichtig in de omgang met geladen batterijen, vooral wanneer u
batterijen in de zak van een kledingstuk, een beugel of op andere plaatsen bij metalen
voorwerpen stopt.
6.3. Voertuigen met airbags
Plaats uw zendontvanger niet in de zone boven een airbag of in de zone waar de airbag wordt
opgeblazen. Airbags worden met zeer grote kracht opgeblazen. Als een zendontvanger in de
opblaaszone van een airbag wordt geplaatst en de airbag wordt geactiveerd, kan het toestel
met grote kracht worden weggeslingerd en op deze manier ernstige letsels toebrengen aan de
inzittenden van het voertuig.
6.4. Mogelijk explosieve omgevingen
Schakel uw communicatietoestel uit in alle zones waar explosiegevaar heerst, tenzij uw toestel
speciaal hiervoor werd ontworpen. In dergelijke zones kunnen vonken explosies of brand
veroorzaken, met lichamelijk letsel of zelfs de dood tot gevolg.
6.4.1. Batterijen
Waar mogelijk explosiegevaar heerst, mogen geen batterijen worden vervangen of opgeladen.
Bij het installeren of verwijderen van batterijen kunnen immers vonken overspringen die dan een
explosie zouden kunnen veroorzaken.
6.4.2. Ontstekers en ontploffingszones
Om eventuele interferentie met ontstekingsmechanismen te voorkomen, moet u uw
zendontvanger uitschakelen in de buurt van elektrische ontstekers, ontploffingszones of zones
gemarkeerd met borden die het gebruik van zendinstallaties verbieden. Respecteer alle
waarschuwingsborden en instructies.
Opmerking: Gebieden waar mogelijk explosiegevaar heerst, zijn vaak - maar niet altijd - duidelijk
gemarkeerd. Tot dergelijke gevaarlijke zones behoren onder meer brandstofvulinstallaties (zoals
bv. benedendekse brandstofinstallaties op boten), brandstofpompen en -opslagruimten,
chemische pomp- en opslaginstallaties, zones waarin de lucht chemische stoffen of kleine
deeltjes (zoals granen, stof of metaalpoeder) bevat, en alle andere zones waar men normaal de
motor van zijn voertuig moet afzetten.
actieve kanaal wordt Dual Watch beëindigd. Dual Watch star t
opnieuw wanneer het draagsignaal verdwijnt.
• Druk op Enter, PTT of Call C om de Dual Watch-modus te beëindigen.
4.14. VOX functie (spraakdetectie)
In de VOX-modus kunnen signalen automatisch worden verzonden
zonder dat u hiertoe de PTT toets hoeft in te drukken. Indien uw toestel
geluid detecteert, zal het automatisch zenden.
4.14.1. De VOX-functie inschakelen
• Druk viermaal op de Menu-knop
• Terwijl het VOX-pictogram knippert:
• Druk op de toets Omhoog
• Druk op de toets Omlaag
• Druk tweemaal op de Menu-toets
bevestigen.
Opmerking:
1. De VOX-gevoeligheid wordt aangeduid door een reeks balkjes in de
rechterbenedenhoek van het LCD-scherm.
2. Als u de Enter-toets tweemaal indrukt, wordt het zenden vier seconden
onderbroken en kunt u de VOX-gevoeligheid verlagen of verhogen. Dat is
nuttig in een lawaaiierige omgeving, wanneer het toestel door het lawaai
continu blijft zenden.
4.14.2. De VOX-functie uitschakelen
• Terwijl het VOX-pictogram knippert drukt u de Omlaag-toets
de rij balkjes is verdwenen.
• Druk tweemaal op de Menu-toets
VOX-modus te bevestigen.
om het gewenste
4.15. Secondenteller
Teller voor het tellen van 00 tot 99 seconden.
7. REINIGING EN ONDERHOUD
Voor het reinigen van het toestel gebruikt u een zachte, lichtjes met water bevochtigde doek.
Gebruik geen reinigings- of oplosmiddelen om het toestel te reinigen. Deze producten kunnen
de behuizing beschadigen en in het toestel terechtkomen, waar ze onherstelbare schade kunnen
aanrichten. De batterijcontacten mogen worden gereinigd met een droge en pluisvrije doek.
Als een toestel nat wordt, schakel het dan uit en verwijder onmiddellijk de batterijen. Droog het
batterijvak met een zachte doek om eventuele waterschade tot een minimum te beperken. Laat
het batterijvak 's nachts open staan en laat het in elk geval open tot het volledig droog is. Het
toestel niet gebruiken tot het helemaal droog is.
Voor een optimale werking van het toestel dient u rekening te houden met het volgende:
7.1. Bij draagbare zendontvangers
Als u uitzendt met een zendontvanger, houd het toestel dan vertikaal en met de microfoon op
2,5 tot 5,0 cm afstand van uw mond. Houd de antenne minstens 2,5 cm verwijderd van het
lichaam en het hoofd.
Als u de zendontvanger bij u draagt, moet u ervoor zorgen dat de antenne zich minstens op 2,5
cm van uw lichaam bevindt bij het uitzenden.
7.2. Elektromagnetische interferentie/verenigbaarheid
Bijna alle elektronische toestellen zijn gevoelig voor elektromagnetische interferentie (EMI) als ze
onvoldoende zijn afgeschermd, niet goed zijn ontworpen of wanneer bij het ontwerp geen
rekening werd gehouden met de elektromagnetische verenigbaarheid.
Schakel uw toestel uit (OFF) op plaatsen waar borden of instructies u hierom verzoeken. In
ziekenhuizen of andere gezondheidsinfrastructuur wordt soms apparatuur gebruikt die gevoelig
is voor externe energie afkomstig van radiofrequente bronnen.
Schakel uw toestel uit aan boord van vliegtuigen als u hierom wordt verzocht. Elk gebruik van
de zendontvanger moet plaatsvinden met inachtname van de regels van de
luchtvaartmaatschappij en van de instructies van de bemanning.
om de VOX-modus te openen.
voor een hogere VOX-gevoeligheid.
voor een lagere VOX-gevoeligheid.
om de geselecteerde modus te
in tot
om de uitschakeling van de
4.15.1. De secondentelmodus star ten
• Druk vijfmaal op de Menu-toets
om de secondentelmodus te
openen.
• Terwijl de secondenteller knippert, doet u het volgende:
• Druk op de Omhoog-toets
om de secondenteller te laten starten.
• Druk op de Menu-knop
om de secondenteller te stoppen en
automatisch terug te keren naar het oorspronkelijke standaardkanaal.
• Als in de secondentelmodus een actief signaal wordt gedetecteerd,
keert het toestel automatisch terug naar de ontvangstmodus.
4.15.2. De secondenteller r esetten
Als de secondentelmodus werd gestart, drukt u 2 maal op de Enter-
toets om de teller te resetten. Druk vervolgens op Menu
bevestigen.
5. DE GARANTIE VAN TOPCOM
• De garantieperiode bedraagt 24 maanden. De garantie wordt
verleend na voorlegging van de originele factuur of
betalingsbevestiging waarop de datum van aankoop en het
toesteltype staan vermeld.
• Gedurende de garantieperiode verhelpt Topcom kostenloos alle
defecten die te wijten zijn aan materiaal- of productiefouten. Topcom
kan, naar keuze, het defecte toestel ofwel herstellen ofwel
vervangen.
• De garantieclaim vervalt bij ingrepen door de koper of onbevoegde
derden.
• Schade te wijten aan onoordeelkundige behandeling of bediening of
aan het gebruik van wisselstukken en accessoires die niet origineel of
door Topcom aanbevolen zijn, valt niet onder de garantie.
• Niet gedekt door de garantie is schade ten gevolge van externe
invloedfactoren: bliksem, water, brand e.d. of wanneer het
toestelnummer op het toestel werd gewijzigd, verwijderd of
onleesbaar gemaakt.
Opgelet: Als u uw toestel terugstuurt, vergeet uw aankoopbewijs niet mee te
sturen.
U 7 0 0 3 0 0 7
om te

Advertenties

loading