Eerst informeren
Eerste inbedrijfstelling
De eerste inbedrijfstelling en aanpassing
van de regeling aan de plaatselijke en
bouwkundige situatie evenals de instruc-
tie van de bediening moeten door uw
installateur worden uitgevoerd.
Uw verwarmingsinstallatie is vooraf ingesteld
De regeling is in de fabriek op "Verwar-
men en warm water" ingesteld.
Uw verwarmingsinstallatie is daarmee
klaar voor gebruik:
Ruimteverwarming
■ Tussen 6.00 en 22.00 uur worden de
ruimtes met 20 °C "gewenste ruim-
tetemperatuur" verwarmd (normale
stookwerking).
■ Tussen 22.00 en 6.00 uur worden de
ruimtes met 3 °C "Gewenste geredu-
ceerde ruimtetemperatuur" ver-
warmd (gereduceerde stookwerking,
vorstbescherming).
■ Uw verwarmingsfirma kan bij de eer-
ste inbedrijfstelling meer instellingen
voor u invoeren.
U kunt alle instellingen steeds indivi-
dueel volgens uw wensen wijzigen (zie
hoofdstuk "Ruimteverwarming").
6
Warmwaterbereiding
■ Tussen 5.30 en 22.00 uur wordt het
tapwater op 50 °C "gewenste warm-
watertemperatuur "verwarmd. Een
eventueel aanwezige circulatiepomp
is ingeschakeld.
■ Tussen 22.00 en 5.30 uur wordt de
warmwaterboiler niet opgewarmd.
Een eventueel aanwezige circulatie-
pomp is ingeschakeld.
■ Uw verwarmingsfirma kan bij de eer-
ste inbedrijfstelling meer instellingen
voor u invoeren.
U kunt alle instellingen steeds indivi-
dueel volgens uw wensen wijzigen (zie
hoofdstuk "Warmwaterbereiding").
Vorstbescherming
■ De vorstbescherming van uw verwar-
mingsketel en warmwaterboiler is
gegarandeerd.
Winter-/zomertijdomschakeling
■ Deze omschakeling gebeurt automa-
tisch.
Tijd en datum
■ Weekdag en tijd werden door uw cv-
installateur bij de eerste inbedrijfstel-
ling ingesteld.