1. Bouwfase I:
Montage van de onderdelen op de printplaat
1.1 Weerstanden
Eerst worden de aansluitdraden van de weerstanden overeenkomstig de rastermaat
rechthoekig gebogen en in de daarvoor bestemde gaten (vlgs. onderdelenschema)
gestoken. Daarna buigt u de aansluitdraden ca. 45° uit elkaar, zodat de weerstanden er bij
het omdraaien van de printplaat niet uit kunnen vallen en soldeert u ze op de achterzijde
zorgvuldig op de printbanen. Vervolgens worden de uitstekende draden afgeknipt.
De hier gebruikte weerstanden zijn koollaagweerstanden. Deze hebben een tolerantie van
5% en zijn gekenmerkt met een goudkleurige "tolerantiering". Koollaagweerstanden bezitten
doorgaans 4 gekleurde ringen.
Voor het aflezen van de kleurcode wordt de weerstand zo gehouden, dat de goudkleurige
ring zich aan de rechterkant bevindt. De kleurringen worden dan van links naar rechts
afgelezen!
R1
=
22 k
R2
=
0,22 R
of
0,27 R
R3
=
1 k
R4
=
1 k
1.2
Diodes
Nu worden de aansluitdraden van de diodes in overeenstemming met de rastermaat
rechthoekig omgebogen en in de daarvoor aangebrachte openingen (volgens
onderdelenschema) gestoken. Let er hierbij beslist op, dat de diode met de juiste poling
(positie van de kathodestreep) ingebouwd wordt.
Opdat de diodes bij het omdraaien van de printplaat er niet uit kunnen vallen, buigt u de
aansluitdraden van de diodes ca. 45° uit elkaar en soldeert u deze met een korte soldeertijd
met de printbanen. Aansluitend worden de uitstekende draden afgeknipt.
D1 = 1 N 4001, 4002 of derg. silicium- vermogensdiode
D2 = 1 N 4001, 4002 of derg. silicium- vermogensdiode
rood, rood, oranje
rood, rood, zilver (1 Watt)
rood, violet, zilver (1 Watt)
bruin, zwart, rood
bruin, zwart, rood
9