Inhoudsopgave
Advertenties
2.8
Condensaatafvoer
Het condensatieafvoernetwerk moet de geschikte grootte
hebben (minimale binnendiameter van de leidingen:
14 mm) en de leiding moet zo worden gepositioneerd
dat er een constante hellingshoek van de leiding is (nooit
minder dan 1%). De afvoerleiding sluit rechtstreeks aan
op de afvoerbak die onderaan op het zijpaneel onder de
hydraulische aansluitingen is geïnstalleerd.
-
Zorg indien mogelijk dat de condensatievloeistof direct
in een goot of "schoon water"-afvoer stroomt.
-
Als de vloeistof in een riool wordt geloosd, raden wij
u aan een sifonafsluiter te installeren om te voorkomen
dat slechte geuren weer in het gebouw terechtkomen.
De bocht van de sifon moet kleiner zijn dan de
condensatieopvangbak.
Condensatieafvoerleiding
Sluit de afvoeraansluiting van de afvoerbak die het
condensaat opvangt aan op een slang en draai deze
A
afvoeraansluiting
B
verlengstuk afvoerleiding
NL
18
A
B
-
Als u het condensaat naar een vat moet afvoeren, moet
dit open blijven en mag de leiding niet in water worden
ondergedompeld om te voorkomen dat er hechting en
tegendruk ontstaat die de vrije doorstroming zouden
belemmeren.
-
Als de afvoerleiding door zijn specifieke installatie
een
hoogteverschil
moet
condensatieafvoer zou belemmeren, vergeet dan niet
een pomp te installeren:
Deze pompen zijn algemeen verkrijgbaar op de markt.
Het is echter raadzaam om na de installatie van de pomp
de goede doorstroming van het condensaat te controleren
door deze zeer langzaam (ongeveer 1/2 l water in ongeveer
5-10 minuten) in de afvoerbak te gieten.
goed vast. Controleer of het druppelopvangverlengstuk
aanwezig is en correct is geïnstalleerd.
ø14 mm
overbruggen
dat
de
Advertenties
Inhoudsopgave
Probleemoplossen
