6
6.10 Energiebesparingsfuncties (weersafhankelijk)
Melding in het display :
ECO
1
De energiebesparingsfunctie (ECO) is een snel werkend
mechanisme dat de verwarming uitschakelt van zodra geen
warmte meer nodig is. Zo is het ganse jaar een spaarzame
werking mogelijk, daar speciaal in de overgangstijden de
verwarming niet manueel moet afgezet worden.
Als basis voor dit proces dienen de waarden van de
gemengde buitentemperatuur en de actuele ruimte-
temperatuur.
Stijgt de gemengde buitentemperatuur boven de actuele
ruimtetemperatuur, dan wordt de verwarming uitge-
schakeld.
Uitschakelpunt van de verwarming :
Daalt de gemengde buitentemperatuur lager als 2° C
onder de actuele ruimtetemperatuur, dan wordt de
verwarming uitgeschakeld.
Inschakelpunt verwarming :
T
°C
25
20
15
10
5
0
22 : 00
6 : 00
SK-
pomp
aan
uit
22 : 00
6 : 00
TA gem gemengde buitentemperatuur
TR w
ruimtetemperatuur-instelwaarde
De verwarming wordt bij een actieve dagstookgrens-
automatik automatisch uitgeschakeld resp. verlaagd.
Energiebesparingsfunctie (ruimtegestuurd)
Door activering van de ruimtevoeler in het niveau
verwarmingsvakman, parameter 130
geïntegreerde temperatuurvoeler als leidinggrootte voor
de stookkring genomen.
Met de thermostaatfunctie wordt de stookkring gesperd of
geactiveerd. Overschrijdt de actuele ruimtetemperatuur de
normale temperatuur, dan wordt de stookkring
afgeschakeld en op het display wordt de bedrijfsaard
"ECO" aangegeven. Onderschrijdt de ruimtetemperatuur
de ingestelde thermostaattemperatuur, dan wordt de
22
TAgem = TRw
TAgem = TRw - 2° C
TR w
TR w -2 °C
14 : 00
t
14 : 00
t
"aan" wordt de
Wordt met de bedrijfskeuzeschakelaar op "Zomer"
overgeschakeld, dan kan afhankelijk van de gedempte
buitentemperatuur en de zomer-/winteromschakel-
temperatuur "ECO" of "Zomer" weergegeven worden.
De bedrijfsfuncties "ECO" en "Zomer" zijn gelijkgesteld.
De "ECO"-functie reageert kortstondig, de "Zomer"-
functie is een langerlopende aangelegenheid, daar de
gedempte buitentemperatuur aan deze functie ontleend
werd.
De zomer-/winteromschakeltemperatuur (parameter 53)
is het criterium voor de automatische omschakeling van de
verwarmingsinstallatie tussen zomer- en winterbedrijf,
uitsluitend voor de stookkring.
Door het veranderen van de omschakeltemperatuur
verkorten of verlengen de overeenkomstige
stookperiodes. De omschakeling heeft alleen invloed op
de stookkring.
Omschakeltemperatuur :
verhogen : omschakeling vroeger op winterbedrijf
omschakeling later op zomerbedrijf
verlagen : omschakeling later op winterbedrijf
omschakeling vroeger op zomerbedrijf
Verwarming UIT (winter op zomer)
Verwarming AAN (zomer op winter) TAged < THG - 1° C
°C
20
19
18
17
16
SK-
Pomp
aan
Winter
Zomer
uit
0
5
Omschakeling tussen zomer- en winterbedrijf
TA ged
gedempte buitentemperatuur
THG
zo-/wi-omschakeltemperatuur
stookkring opnieuw geactiveerd en de bedrijfsaard gaat
van "ECO" naar de ingestelde bedrijfsaard.
Opmerking Pomp-beschermingsfunctie
Is de zo-/winteromschakeling of standby-
functie geactiveerd, dan worden stook-
kringpomp resp. warmwaterpomp vrijdags
vanaf 10.00 H na mekaar gedurende 30 sec.
aangestuurd.
TAged > THG + 1° C
TAged
THG +1 °C
THG
THG -1 °C
Winter
15 t
10