NL
3.2.3 Smart modus (Alleen bruikbaar indien gekoppeld met Smart Phone)
Wanneer de boiler wordt ingesteld in de Smart modus, begint deze eerst gedurende een
week het huidige tappatroon van de gebruiker op te nemen en analyseren. Vervolgens
wordt dit patroon gekopieerd, zodat op de piektijden de boiler optimaal verwarmd is (60°C),
terwijl tijdens de "daluren" de boiler een lagere setpoint krijgt. Hierdoor hoeft de boiler
minder vaak bij te verwarmen, maar zijn ook de stilstandsverliezen lager.
De temperatuurniveau's zijn vast ingesteld en kunnen niet gewijzigd worden. Deze
temperaturen zijn conform de Europese richtlijnen UE 812/2013 en 814/2013, die vastliggen
in het Europese besluit 2009/125/CE en 2010/30/UE).
Zolang de boiler het tappatroon nog aan het opnemen is, zal het bijbehorende pictogram
rood gekleurd zijn. Zodra het opgenomen tappatroon toegepast wordt, zal het pictogram
grijs kleuren. Vervolgens wordt het opgenomen patroon continu herhaald.
Wanneer het opgenomen tappatroon niet meer past bij uw huidige situatie kunt u de
functie resetten, waarna gedurende een week het huidige patroon wordt opgenomen (het
pictogram zal weer rood kleuren) en daarna worden toegepast (pictogram weer grijs).
Om de functie (handmatig op het display) te resetten, zorgt u er voor dat het grijze Smart
pictogram op het display staat (zie afbeelding 4). Vervolgens drukt u gedurende 3 seconden
op de "-" toets, waarna het pictogram rood zal kleuren (afbeelding 5).
Afb. 4: Pictogram grijs: Smart functie actief
Let op: Wanneer gedurende het opname proces een andere modus wordt geselecteerd, stopt de opname.
Zodra de Smart modus weer wordt geselecteerd zal de opname opnieuw moeten starten. Wanneer het
opname proces is voltooid (pictogram grijs), kan wel eventueel tussendoor een andere modus worden
geselecteerd. Op dat moment is het complete patroon opgeslagen, en kan dat opnieuw geselecteerd
worden zonder wederom op te moeten nemen.
Ook een stroom storing/ onderbreking tijdens de opnamefase zal tot gevolg hebben dat het opname
protocol opnieuw zal worden gestart.
De Smart modus kan alleen effectief worden gebruikt wanneer de boiler is gekoppeld met een Smart-
phone (Android of IOS). De boiler zal anders nooit kunnen synchroniseren met het internet (tijd/datum enz).
Zolang de boiler nog niet is gekoppeld, kan de modus wel worden geselecteerd met de toetsen, maar zal
direct de opmerking N01 verschijnen.
N01
Boiler is nog niet gekoppeld met het Internet en kan niet synchroniseren
N02
Opnamefunctie gestopt; het toestel wordt uitgeschakeld
N03
Opnamefunctie gestopt; er wordt een andere modus geactiveerd
Voor meer informatie over de Smart modus in combinatie met de app, zie hoofdstuk 4.3 van deze
handleiding.
E-SMART PLUS 50 / 80/ 100/ 120/ 150
Afb. 5: Smart functie gereset
- 10 -