Het verbonden BLUETOOTH-apparaat
wijzigen
Als er meerdere BLUETOOTH-apparaten geregistreerd zijn bij dit
toestel, kunt u de verbinding wisselen tussen deze apparaten.
1
Druk op de
(TELEFOON)-knop.
Het telefoonmenuscherm wordt weergegeven.
2
Raak [Veranderen] aan.
Het scherm BLUETOOTH-apparaat Instellen wordt
weergegeven.
3
Raak [Audio] of [Hands-free] aan voor het
geselecteerde apparaat.
De verbinding zal nu veranderen naar het geselecteerde
apparaat.
• U kunt de geregistreerde snelkiesnummers controleren door de lijst
met BLUETOOTH-apparaten aan te raken.
Raadpleeg "Toewijzen van een snelkiesnummer" (pagina 74) voor
meer informatie over het toewijzen van snelkiesnummers.
Een oproep beantwoorden
Inkomende oproepen worden aangekondigd door de beltoon voor
ontvangen gesprekken en een vermelding op het scherm
(Telefoonnummer enz.).
1
Bij een inkomende oproep weerklinkt de beltoon en
wordt een scherm voor inkomende oproepen
weergegeven.
2
Raak [
] aan of druk op de
De oproep begint.
• Tijdens het gesprek zal het geluid van de huidige modus
uitgeschakeld worden. Na het gesprek wordt het afspelen hervat.
• Wanneer het nummer van de beller wordt doorgegeven aan het
systeem, zal de naam van de beller worden weergegeven indien deze
opgeslagen is in het systeem. Als de naam niet opgeslagen staat,
wordt het nummer weergegeven. Als zowel de naam als het nummer
niet beschikbaar is, zal "Unknown" worden weergegeven.
Het volume van de beltoon regelen
Het beltoonvolume kan aangepast worden op het berichtenscherm voor
inkomende oproepen.
Raak [ ] of [ ] aan voor "
Oproep beëindigen
Raak [
] aan.
Het telefoongesprek wordt beëindigd.
70
-NL
(TELEFOON)-knop.
Vol.".
Bellen
Gebruik het telefoonmenuscherm om een telefoongesprek te beginnen.
Snelkiestoetsen gebruiken om te bellen
Om eenvoudiger te kunnen bellen, kunt u tot 4 telefoonnummers
instellen als snelkiesnummers. Raadpleeg "Toewijzen van een
snelkiesnummer" (pagina 74) voor meer informatie over het toewijzen
van snelkiesnummers.
1
Druk op de
(TELEFOON)-knop.
Het telefoonmenuscherm wordt weergegeven.
2
Raak [
Favorites] aan.
3
Raak [Dial1], [Dial2], [Dial3] of [Dial4] aan.
Het opgeslagen nummer wordt opgebeld.
• Als u [Dial1], [Dial2], [Dial3] of [Dial4] blijft indrukken, wordt het
scherm voor het bewerken van snelkiesnummers weergegeven. De
enige bewerking die u kunt doorvoeren is een nummer verwijderen.
• Als er een naam ingesteld is, wordt deze weergegeven op de
snelkiestoets.
Een nummer uit de oproepgeschiedenis
bellen
U kunt 3 geschiedenistypes gebruiken om een telefoongesprek te
beginnen. De oproepgeschiedenis kan tot 60 telefoonnummers opslaan.
Als deze limiet overschreden wordt, zal het oudste telefoonnummer
verwijderd worden.
1
Druk op de
(TELEFOON)-knop.
Het telefoonmenuscherm wordt weergegeven.
2
Raak [
Dialled], [
[
Missed] aan.
De laatste vier geschiedenissen worden weergegeven.
3
Raak de naam van de oproepgeschiedenis aan.
Het detailsscherm van de oproepgeschiedenis wordt
weergegeven.
• Raak [All] aan om alle geschiedenissen weer te geven. Raak
[Delete] aan om de geselecteerde geschiedenis te verwijderen.
4
Raak [
] aan.
Het telefoongesprek begint.
Received] of