VOORZORGSMAATREGELEN BIJ SLECHT WEER
U dient blootstelling van uw scootmobiel aan slechte weersomstandigheden zoveel mogelijk te vermijden.
Als het plotseling begint te regenen of te sneeuwen, of als het ineens koud of zeer heet wordt terwijl u uw
scootmobiel gebruikt, zoek dan zo snel mogelijk onderdak. Droog uw scootmobiel zorgvuldig, voordat u het
opbergt, oplaadt of gebruikt.
VERBODEN! Het gebruik van het voertuig bij regen, sneeuw, zout, mist/nevel en op ijzige/
gladde ondergrond kan leiden tot persoonlijk letsel en/of schade aan de scootmobiel en het
elektrische systeem. Zorg voor droge en schone omstandigheden bij onderhoud en opslag van
uw scootmobiel.
WAARSCHUWING! Langdurige blootstelling aan hete of koude omstandigheden kan invloed
hebben op de temperatuur van onderdelen van de scootmobiel met of zonder bekleding, waardoor
huidirritatie kan ontstaan. Wees voorzichtig bij gebruik van de scootmobiel in extreem hete of
koude omstandigheden, of wanneer uw rolstoel gedurende langere periodes wordt blootgesteld
aan direct zonlicht.
VRIJLOOPMODUS
Uw scootmobiel is uitgerust met een handmatige vrijloophendel waarmee, indien ingeschakeld, de scootmobiel
kan worden geduwd. Voor meer informatie over het in- en uitschakelen van de vrijloopmodus van uw
scootmobiel, zie III. "Uw scootmobiel".
WAARSCHUWING! Als uw scootmobiel zich in de vrijloopmodus bevindt, is het remsysteem
uitgeschakeld.
Schakel de rijmotoren uitsluitend uit op een vlakke ondergrond.
Controleer of de sleutel uit de sleutelschakelaar is verwijderd.
Ga aan één kant van de scootmobiel staan om de vrijloopmodus in of uit te schakelen. Ga
nooit op de scootmobiel zitten om dit te doen.
Zet uw scootmobiel, nadat u klaar bent met het duwen, altijd terug in de rijmodus om de
remmen te vergrendelen.
Een extra ingebouwde functionaliteit van uw scootmobiel is de "te-snel-verplaatsen"-bescherming. Hiermee
wordt de scootmobiel beschermd tegen een te grote snelheid wanneer de vrijloopmodus is ingeschakeld.
"Te-snel-duwen" functioneert verschillend, afhankelijk van welke van de twee onderstaande situaties zich
voordoet:
■ Als de sleutel op "uit" staat tijdens de vrijloopmodus activeert de controller van de scootmobiel regeneratief
remmen, wanneer de scootmobiel sneller wordt geduwd dan een vooraf ingestelde maximumlimiet. In dit
geval functioneert de regelaar als een snelheidsbegrenzer.
■ Als de sleutel op "aan" staat tijdens de vrijloopmodus, zult u bij iedere snelheid aanzienlijke weerstand
ervaren. Dit zorgt ervoor dat de scootmobiel geen ongewenste rotatie krijgt als de handmatige vrijloopmodus
onbedoeld wordt losgelaten tijdens het rijden met de scootmobiel.
TRAPPEN EN ROLTRAPPEN
Scootmobielen zijn niet bedoeld om trappen of roltrappen op of af te rijden. Gebruik altijd een lift.
WAARSCHUWING! Gebruik uw scootmobiel niet om trappen of roltrappen op of af te rijden.
14
I I . V E I L I G H E I D
Victory Ultra 11