Inhoudsopgave
Advertenties
FUNCTIES PROGRAMMEREN
PROGRAMMEERMODUS ACTIVEREN
U start de programmeermodus door de
PTT-knop en SB1 gelijktijdig gedurende
drie seconden ingedrukt te houden als de
portofoon wordt ingeschakeld. Er klinkt een
uniek geluidssignaal dat aangeeft dat de
programmeermodus is gestart, en de groene
LED knippert. In eerste instantie wordt de
programmeermodus 'Wachtstand' geactiveerd.
De LED op de portofoon knippert dan groen.
Het pictogram PROG wordt weergegeven en
de huidige kanaalalias knippert om aan te
geven dat u het kanaal kunt selecteren dat u
wilt programmeren. Met de knoppen
kunt u te verschillende kanalen doorlopen.
38
Nederlands
In de programmeermodus kunnen voor elk
kanaal waarden worden ingesteld door de
verschillende opties te doorlopen: frequenties,
CTCSS/DPL-codes (ruisfiltercode), scramble,
bandbreedte, maximum aantal kanalen,
oproeptoon, microfoonversterking en
scanfunctie.
•
Druk kort op de PTT-knop of de
MENU-knop om de verschillende opties te
doorlopen zonder wijzigingen op te slaan.
•
Druk lang op de PTT-knop om wijzigingen
op te slaan. De portofoon keert terug in de
programmeermodus 'Wachtstand'.
•
In de programmeermodus 'Wachtstand'
kunt u de programmeermodus afsluiten
door lang op de PTT-knop te drukken.
/
U keert dan terug naar de normale
gebruiksmodus van de portofoon.
•
Als u in de programmeermodus weer bij het
begin van de opties aankomt, worden de
wijzigingen automatisch opgeslagen, zelfs
als u de portofoon uitschakelt.
Advertenties
Inhoudsopgave
