6.3. Reinigen van ventielen en roosters
ä
Let op!
Let bij het wegnemen of terugplaatsen van ventielen
en roosters op uitstekende kanaaldelen. Deze
kunnen zeer scherp zijn!
ä
Let op!
Pas bij het reinigen de instelling van de ventielen niet
aan en plaats de ventielen terug in het kanaal van
herkomst.
Reinig de ventielen en roosters als volgt:
Neem bij lichte vervuiling de ventielen of roosters af met
een lichtvochtige doek. Gebruik eventueel een oplossing
van een mild reinigingsmiddel zoals afwasmiddel of
allesreiniger.
Neem bij sterke aanhechting van vuil de ventielen en
roosters volledig uit het kanaal.
a)
Verwijder de schuimrubberen afdichtingsband.
b)
Dompel de ventielen en roosters volledig onder in
een oplossing van een mild reinigingsmiddel
(bijvoorbeeld afwasmiddel of allesreiniger).
Eventueel kunnen de ventielen en roosters in de
vaatwasser worden gereinigd.
c)
Neem de ventielen en roosters af met een doek of
zachte borstel.
d)
Droog de ventielen en roosters. Plaats de
schuimrubberen afdichtingsband terug op het
ventiel of het rooster.
e)
Plaats elk ventiel en rooster terug in het kanaal van
herkomst.
6.4. Reiniging van de kanalen
Het is raadzaam de kanalen in het huis eens in de drie
jaar te controleren. De kanalen dienen eens in de zes jaar
te worden gereinigd.
6.5. Onderhoud van de zoneklep
Inspecteer de klep jaarlijks en reinig de klep 1 keer in de
4 à 5 jaar of vaker indien nodig:
a)
Maak de klep spanningsloos door de stekker van de
voedingskast uit de wandcontactdoos te nemen.
b)
Verwijder het rooster van het plafond (één-kanaals
systeem).
c)
Haal de klep uit het plafond of de wand.
d)
Verwijder de connector van de te reinigen klep.
26
e)
Haal de klep uit het overgangsstuk door de
klikvingers voorzichtig naar achteren te buigen.
f)
Trek de rubberen balg (zwart) over de rand van de
klephouder (rood).
g)
Draai de balg linksom van de as van de klepmotor.
h)
Reinig de balg.
i)
Draai de balg rechtsom op de as van de klepmotor.
j)
Trek de rubberen balg (zwart) over de klephouder
(rood).
k)
Plaats de klep terug in het overgangsstuk.
l)
Plaats de connector van de gereinigde klep.
m) Plaats de klep en het rooster terug in het plafond of
in de wand.
n)
Steek de stekker van de regelaar in de
wandcontactdoos.
o)
De klep gaat naar de automatische stand en het
systeem functioneert weer automatisch.
Zoneklep in delen
1: Overgangsstuk
2: Balg
3: Klepmotor
4: Klephouder