OPSLAG EN TIPS VOOR HET GEBRUIK VAN
DE AFSTANDSBEDIENING
Plaatsen van de batterijen
1 Steek uw nagel tussen het batterijdeksel en druk
het voorzichtig omlaag in de richting van de pijl
om het te verwijderen, zoals weergegeven.
2 Plaats 2 AAA-batterijen (1,5 V) in het batterijvak.
Zorg ervoor dat de polariteit "+" en "-" correct
geplaatst is.
3 Sluit het batterijdeksel van de afstandsbediening.
Verwijderen van de batterijen
Verwijder het batterijdeksel in de richting van de
pijl.
Druk met uw vingers zachtjes op de plus pool van
de batterij, en trek vervolgens de batterijen uit het
vak. Dit mag uitsluitend worden gedaan door een
volwassene.
De batterijen mogen niet door kinderen uit de
afstandsbediening worden gehaald, om het gevaar
van het inslikken van de batterijen te voorkomen.
Afvoer van de batterijen
Om natuurlijke bronnen te beschermen en
hergebruik van materialen te bevorderen, dient u
batterijen te scheiden van andere soorten afval en
ze weg te gooien in de plaatselijke bakken voor
lege batterijen.
Voorzorgsmaatregelen
• Wanneer u de batterijen vervangt, mag u geen
nieuwe batterijen samen met oude batterijen of
verschillende types batterijen plaatsen. Dit kan
leiden tot een defect aan de afstandsbediening.
• Als u verwacht dat de afstandsbediening
gedurende geruime tijd niet gebruikt zal
worden, de batterijen verwijderen om lekkage
van batterijzuur in de afstandsbediening te
voorkomen.
• Gebruik de afstandsbediening binnen het
effectieve bereik. Houd de afstandsbediening
minstens 1 meter van een tv-toestel of HiFi-
apparatuur verwijderd.
• Als de afstandsbediening niet normaal werkt,
haalt u de batterijen eruit en plaatst u ze na 30
seconden terug. Plaats nieuwe batterijen als de
afstandsbediening nog steeds niet werkt.
• Om het apparaat met de afstandsbediening in
werking te stellen, de afstandsbediening op de
binnenunit richten om de gevoeligheid van
ontvangst te garanderen.
• Als een boodschap van de afstandsbediening
wordt verzonden, gaat het symbool
gedurende 1 seconde knipperen. Bij ontvangst
van de boodschap weerklinkt een piep op het
apparaat.
• De airconditioner kan met de afstandsbediening
in werking worden gesteld vanaf een afstand van
maximaal 7 meter.
• Elke keer als de batterijen van de
afstandsbediening vervangen worden, is de
afstandsbediening van te voren ingesteld op de
modus Verwarmen.
Signaalontvanger
52