De DR-detector in positie brengen
Bij het uitvoeren van een belichting moet u aan de volgende hulpmiddelen
voor detector-oriëntatie denken:
• buiszijde
• oriëntatiemerkteken van de patiënt
2
2
Buiszijde van de detector
1.
Locatie rood oriëntatiemerkteken van de patiënt
2.
Afbeelding 5: Hulpmiddelen voor detector-oriëntatie - DX-D 10G
2
2
Buiszijde van de detector
1.
Locatie rood oriëntatiemerkteken van de patiënt
2.
Afbeelding 6: Hulpmiddelen voor detector-oriëntatie - DX-D 20G
De detectororiëntatie en patiëntoriëntatie zijn belichtingsinstellingen op het
NX-werkstation. De detectororiëntatie wordt op het NX-werkstation als
cassette-oriëntatie aangegeven.
DX-D 10C, DX-D 10G, DX-D 20C, DX-D 20G | Basiswerkschema | 31
1
1
1
1
0129E NL 20180312 0812