1. Verwijder alle media uit de stations en schakel alle aangesloten apparatuur uit en zet vervolgens de
computer uit. Ontkoppel alle netsnoeren van het stopcontact en ontkoppel alle kabels van de computer.
2. Verwijder de kap van de computer. Zie 'De kap van de computer verwijderen' op pagina 19.
3. Verwijder de frontplaat. Zie 'De frontplaat vervangen' op pagina 20.
4. Kantel de houder van het schijfstation omhoog. Zie 'Het schijfcompartiment omhoog en omlaag
kantelen' op pagina 21.
5. Koppel de kabel van het koelvinblok en de ventilatoreenheid los van de systeemplaat.
6. Vervang het koelvinblok en de ventilatoreenheid.
Figuur 98. Het koelvinblok en de ventilatoreenheid verwijderen
Figuur 99. Het koelvinblok en de ventilatoreenheid installeren
7. Sluit de kabel van het nieuwe koelvinblok en de ventilatoreenheid weer aan op de systeemplaat.
8. Plaats de verwijderde onderdelen terug. Zie 'Vervangen van de onderdelen voltooien' op pagina 70 om
de vervanging te voltooien.
De voedingseenheid vervangen
Attentie: Maak uw computer niet open of probeer deze niet te repareren voordat u de Handleiding met
belangrijke productinformatie hebt gelezen.
.
Hoofdstuk 4
Hardware vervangen
61