[OPNAME] functie:
Beelden maken die met de scène die opgenomen
wordt overeenkomen
Als u een scènefunctie kiest om een opname te maken van een beeld in een bepaalde
situatie zal de camera automatisch de optimale belichting instellen en aanpassen voor de
gewenste opname.
Schuif de [OPNAME]/[AFSPELEN] keuzeschakelaar naar [!] en druk
vervolgens op [MODE].
Op 3/4 drukken om [SCÈNE MODE]te kiezen en
vervolgens op [MENU/SET] drukken.
Op 3/4/2/1 drukken om het gewenste
scènemenu te kiezen.
• U kunt ook naar de menuschermen overschakelen in een
menu-onderdeel door het zoomhendeltje te verplaatsen.
Op [MENU/SET] drukken om in te stellen.
• Het menuscherm schakelt over naar het opnamescherm in de ingestelde scènefunctie.
∫ Over de informatie
• Als u op [DISPLAY] drukt terwijl u een Scènefunctie selecteert, wordt er
uitleg afgebeeld over elke Scènefunctie. (Als u weer op [DISPLAY]
drukt, keert het scherm terug naar het menu van de Scènefunctie.)
Aantekening
• Om de scènefunctie te veranderen, op [MENU/SET] drukken en vervolgens op 1 drukken en
terugkeren naar stap
• De flitsinstelling van de scènefunctie wordt weer op de begininstelling gezet wanneer de
scènefunctie veranderd wordt.
• Wanneer u een opname maakt met een scènefunctie dat niet geschikt is voor dat doeleinde,
kan de tint van het beeld verschillen van de werkelijke scène.
• De volgende items kunnen niet ingesteld worden in de scènefunctie omdat het toestel ze
automatisch op de optimale instelling zet.
– [GEVOELIGHEID]
– [KLEURFUNCTIE]
Gevorderd (Opname van beelden)
¿
(Scènefunctie)
.
3
- 51 -