Inhoudsopgave
Advertenties
Systeemnavigatie
Ongeschaald laag - Toont de actuele ongeschaalde lage waarde.
De ondergrens voor de niet-geschaalde meting die wordt opgenomen in de berekening
van de gemiddelde waarde. Als de niet-geschaalde waarde onder deze waarde valt,
worden de uitgang 'Data ongeldig' (indien geselecteerd) en de uitgang 'Lege vergaarbak'
(indien geselecteerd) geactiveerd.
Laat de instelling op 0 staan als er alleen een alarm op basis van de waarde van het
vochtpercentage nodig is.
Middelingsmodus- Selecteert de sensoruitvoermodus voor middeling tijdens de
kalibratie. Selecteer Ruw of Gefilterd. Deze optie is alleen beschikbaar voor bepaalde
sensors. Ruw moet voor de meeste toepassingen worden geselecteerd. Gefilterd is
geschikt voor mengtoepassingen met veel ruis in het signaal. Neem in dat geval contact
op met Hydronix voor hulp.
6.5.2
Autom. bijh.
Dit gedeelte wordt gebruikt voor het configureren van de waarden voor Automatisch
bijhouden (Afbeelding 31).
'Automatisch bijh.' configureren
Het alarm 'Automatisch bijh.' wordt gebruikt om aan te geven dat de afwijking in de
vochtmeting van de sensor een bepaalde tijd lang onder de geconfigureerde limiet is
gebleven. Om 'Automatisch bijh.' te configureren, moet de gebruiker de maximaal
aanvaardbare afwijking berekenen. Naast de afwijking moet de gebruiker ook de
regelmaat configureren waarmee de sensor monsters moet nemen (seconden). Wanneer
deze waarden zijn ingesteld, zal de sensor gedurende de ingestelde periode de
gemiddelde vochtwaarde berekenen.
Zowel de afwijking als de tijdsinstellingen zijn voor elke toepassing uniek. Deze waarden
zijn afhankelijk van de aanvaardbare afwijking in de vochtmeting voor de desbetreffende
toepassing.
Het alarm wordt geactiveerd wanneer de vochtafwijking tot onder de limiet voor de
ingestelde tijd daalt. Dit is nuttig bij mengertoepassingen en voor continu stromende
materialen waarbij een stabiel signaal is vereist.
6.5.3
De schermen van Signaalverwerking
De sensors hebben een aantal filteropties om ruis uit het signaal te verwijderen. Elk
daarvan heeft een specifieke functie, zoals hieronder beschreven. De filters moeten
worden gebruikt in een combinatie waarmee zo veel mogelijk ruis uit het signaal wordt
gehaald, zonder dat de respons op veranderingen in het vochtgehalte afneemt. Voor
complexe toepassingen kunnen gegevens worden geregistreerd en kan een extern
programma worden gebruikt om deze parameters te optimaliseren.
54
Hydro-View IV gebruikershandleiding HD0531nl Rev 2.0.0
Afbeelding 31: 'Automatisch bijh.' configureren
Hoofdstuk 5
Advertenties
Inhoudsopgave
