Regeling van de temperatuursonde van de ventilator (optie)
1
2
30°C
35°C
1
2 3 4
50°C
55°C
1
2 3 4
70°C
75°C
1
2 3 4
90°C
95°C
1
2 3 4
Stûv 22 - installatie [nl] - 01/23
32
5
40°C
1
2 3 4
1
2 3 4
60°C
1
2 3 4
1
2 3 4
80°C
1
2 3 4
1
2 3 4
100°C
1
2 3 4
1
2 3 4
Herinnering: De ventilator is uitgerust
met een warmtesonde. Deze sonde
activeert de ventilator zodra de
temperatuur een vooraf bepaalde
drempelwaarde overschrijdt en
deactiveert de ventilator automatisch
wanneer de temperatuur onder
diezelfde waarde daalt. Op die manier
kan de ventilator geen koude lucht in
uw vertrek blazen.
De fabrieksinstelling legt de
activeringstemperatuur vast op 40°C.
Deze waarde kan hoger worden
ingesteld. Raadpleeg het schema 2
om de DIPswitch [schema1 detail 5 ]
in te stellen naargelang de gewenste
activatie-/deactivatietemperatuur.
45°C
1
2 3 4
65°C
1
2 3 4
85°C
1
2 3 4
105°C
1
2 3 4