7 Inbedrijfstelling
[2‑20]
1
Geactiveerd.
Druk op BS3 om het handmatig bijvullen van
koelmiddel te stoppen (wanneer de vereiste
hoeveelheid koelmiddel is bijgevuld). Als deze
functie niet werd afgebroken met een druk op
BS3, dan legt de unit de functie stil na
30 minuten. Als de vereiste hoeveelheid
koelmiddel na 30 minuten nog niet kon worden
bijgevuld, dan kunt u de lokale instelling
opnieuw wijzigen om de functie opnieuw te
activeren.
[2‑35]
Instelling hoogteverschil.
[2‑35]
0
Wanneer de buitenunit lager dan de
binnenunits is geïnstalleerd en het
hoogteverschil tussen de hoogste binnenunit
en de buitenunit meer dan 40 m bedraagt,
moet de instelling [2‑35] op 0 worden ingesteld.
1 (standaard)
—
[2‑45]
Technische koeling.
[2‑45]
0 (standaard)
Geen technische koeling beschikbaar
1
Technische koeling beschikbaar
Zie de servicehandleiding voor meer informatie over deze instelling.
[2‑47]
T
-streeftemperatuur tijdens warmteterugwinning.
e
[2‑47]
0 (standaard)
2
3
4
5
6
7
[2‑49]
Instelling hoogteverschil.
[2‑49]
0 (standaard)
—
1
Wanneer de buitenunit hoger dan de
binnenunits is geïnstalleerd en het
hoogteverschil tussen de laagste binnenunit en
de buitenunit meer dan 50 m bedraagt, moet
de instelling [2‑49] op 1 worden ingesteld.
Montagehandleiding en gebruiksaanwijzing
28
Beschrijving
Beschrijving
Beschrijving
T
-streefwaarde (°C)
e
Auto
6
7
8
9
10
11
Beschrijving
6.1.9
PC-configurator aansluiten op de
buitenunit
2
3
4
5
a
Pc
b
Kabel (EKPCCAB)
c
Hoofdprintplaat buitenunit
6.2
Met behulp van de
lekdetectiefunctie
6.2.1
Over de automatische lekdetectiefunctie
De (automatische) lekdetectiefunctie is niet standaard geactiveerd;
zij kan alleen werken nadat de extra hoeveelheid koelmiddel in het
systeem is ingevoerd (zie [2‑14]).
De lekdetectiefunctie kan worden geautomatiseerd. Stel de
intervaltijd of de tijd tot de volgende automatische lekdetectie in met
behulp van parameter [2‑85]. Parameter [2‑86] bepaalt of de
lekdetectie één keer (binnen [2‑85] dagen) of intermitterend, met een
interval van [2‑85] dagen, wordt uitgevoerd.
Voor de lekdetectiefunctie moet de bijgevulde hoeveelheid
koelmiddel onmiddellijk na het beëindigen van het vullen worden
ingevoerd. Dit moet worden ingevoerd vóór het proefdraaien.
INFORMATIE
▪ De
gewogen
en
hoeveelheid koelmiddel (niet de totale hoeveelheid
koelmiddel in het systeem) moet worden ingevoerd.
▪ De lekdetectiefunctie is niet beschikbaar wanneer
Hydrobox-units op het systeem zijn aangesloten.
▪ De lekdetectiefunctie kan niet worden gebruikt wanneer
het hoogteverschil tussen binnenunits ≥50/40 m is.
7
Inbedrijfstelling
Na de installatie en wanneer de lokale instellingen zijn ingesteld
moet de installateur de correcte werking controleren. Hiervoor moet
het systeem proefdraaien volgens de hierna beschreven procedures.
7.1
Voorzorgsmaatregelen bij de
inbedrijfstelling
VOORZICHTIG
Laat het systeem niet proefdraaien terwijl aan de
binnenunits wordt gewerkt.
Bij het proefdraaien zullen niet alleen de buitenunit, maar
ook de aangesloten binnenunit werken. Tijdens het
proefdraaien aan een binnenunit werken is gevaarlijk.
a
c
b
X27A
A1P
reeds
genoteerde
bijgevulde
REYQ8~20+REMQ5T7Y1B
VRV IV-systeem airconditioner
4P353996-1D – 2016.02