Voor het eerste gebruik
Aanwijzing
• Reinig en desinfecteer de vernevelaar en de toebeho-
ren voordat u deze voor de eerste keer gebruikt. Zie
hiervoor "Reiniging en desinfectie" op pagina 9.
Het verbindingsstuk [16] met afneembaar figuurtje
"giraffe" [15] kan indien gewenst op de vernevelaar
worden aangebracht.
Houd er bij het vastzetten van de vernevelaar in com-
binatie met het verbindingsstuk [16] en het afneembare
figuurtje "giraffe" [15] op het apparaat rekening mee
dat het zwaartepunt boven het apparaat ligt. Anders
kan het apparaat kantelen. De foto op de omslag van
deze gebruiksaanwijzing geldt als voorbeeld.
• Sluit de persluchtslang [6] onder op het medicijnreser-
voir [8] aan.
• Breng het andere uiteinde van de persluchtslang [6]
iets gedraaid in de slangaansluiting [5] van de inhalator
aan.
Inhalator inschakelen
Ga als volgt te werk om de inhalator in te schakelen:
• Steek de meegeleverde micro-USB-kabel in de mi-
cro-USB-aansluiting van de inhalator. Steek het andere
uiteinde van de micro-USB-kabel in de USB-aanslui-
ting van de netadapter en steek de netadapter vervol-
gens in het stopcontact.
• Druk op de AAN/UIT-toets op de inhalator. De AAN/
UIT-toets gaat blauw branden. De inhalator is nu in-
geschakeld.
6. Bediening
Let op
• Om hygiënische redenen moet u de vernevelaar [7] en
de toebehoren na elke behandeling reinigen en na de
laatste behandeling van de dag desinfecteren.
• De toebehoren mogen door slechts één persoon wor-
den gebruikt; gebruik door meerdere personen wordt
afgeraden.
• Als bij de therapie meerdere verschillende medicijnen
na elkaar geïnhaleerd moeten worden, moet de verne-
velaar [7] na elk gebruik met warm leidingwater worden
doorgespoeld. Zie hiervoor "Reiniging en desinfectie"
op pagina 9.
• Volg de aanwijzingen met betrekking tot het vervangen
van het filter in deze gebruiksaanwijzing op!
• Controleer voorafgaand aan elk gebruik van het ap-
paraat of de slang stevig op de inhalator [5] en op de
vernevelaar [7] is aangesloten.
• Controleer voorafgaand aan het gebruik of het appa-
raat correct werkt. Schakel de inhalator hiervoor kort
in (met aangesloten vernevelaar, maar zonder medi-
cijnen). Als er lucht uit de vernevelaar [7] komt, werkt
het apparaat.
6.1 Inzetstuk van de vernevelaar aanbrengen
• Open de vernevelaar [7] door het bovenstuk linksom
ten opzichte van het medicijnreservoir [8] te draaien.
Breng het inzetstuk van de vernevelaar [9] in het me-
dicijnreservoir [8] aan.
• Zorg ervoor dat de kegel voor de medicijngeleiding
goed op de kegel voor de luchtgeleiding in de verstui-
ver is bevestigd.
7