Inhoudsopgave
Advertenties
Monteren van de aanhanger
1.
Monteer de koppelinrichting op de
bevestigingsbeugel aan de onderkant
van de laadbak van de aanhanger met 2
bouten (3/8" x 2¾"), 2 afstandsstukken en 2
borgmoeren. Voor de meeste toepassingen
gebruikt u de voorste set montagegaten in de
koppelinrichting en de beugel
1. Koppelinrichting
2. Laadbak van de
aanhanger
2.
Monteer de assen aan de onderkant van de
bevestigingsbeugels aan elke kant van de
aanhanger, met 4 slotbouten en 4 borgmoeren.
Monteer de as, slotbouten en moeren zoals in
Figuur
2.
(Figuur
1).
Figuur 1
3. Wielstang
4. Stop
g012162
1. Bevestigingsbeugel
2. As
3. Wiel
3.
Monteer een wiel op elke naaf met 4 wielmoeren
(Figuur
2). Trek de moeren aan tot 108,47 Nm.
Pomp de banden op tot 34 kPa (0,34 bar).
Opmerking:
de banden te voorkomen moeten de wielen
een toespoor van 0 tot 3 mm hebben als ze
recht naar voren wijzen. Om het toespoor te
controleren merkt u een lijn om het midden
van elke band. Meet de hart-op-hart afstanden
(Figuur
3) ter hoogte van de wielnaaf, aan de
voor- en achterkant van de banden. Stel de
bevestigingsbeugels van de assen zo in dat de
afstand aan de voorkant van de band maximaal
3 mm minder bedraagt dan de afstand aan de
achterkant van de band.
1. Hart-op-hart afstand, voor
3
Figuur 2
4. Slotbout
5. Borgmoer
Om overmatige slijtage van
Figuur 3
2. Hart-op-hart afstand,
achter
g216502
g012164
Advertenties
Inhoudsopgave
