Inhoudsopgave
Advertenties
Onderaan het scherm staan labels die aangeven wat de huidige functie is van de soft-keys
die direct onder de grafieken staan. Sommige apparaten hebben minder soft-keys of
speciale harde toetsen voor deze functies.
2.
Voer patiënt-identificatie in
Voer, indien mogelijk, de informatie met de patiënt-identificatie in. Regelgevende instanties
hebben al vastgesteld dat een belangrijke oorzaak van medische fouten voortkomt
uit het gebrek aan patiëntidentificatie-informatie op klinische rapporten. Aangezien
computergestuurde elektrocardiografen de eerder opgenomen ECG's kunnen opslaan
en printen, bestaat de mogelijkheid dat een afgedrukt rapport van de verkeerde patiënt
kan worden gebruikt. Soms zijn er situaties waarin patiënt-informatie niet kan worden
ingevoerd, zoals tijdens een noodgeval. Maar, als ECG's routinematig worden opgenomen
zonder patiënt-informatie, dan neemt de waarschijnlijkheid toe, dat ongewild een eerder
opgenomen ECG wordt afgedrukt en foutief wordt gebruikt, alsof dit van de huidige patiënt is.
Het is mogelijk om bepaalde elektrocardiografen van GE Healthcare zodanig te configureren
dat een of andere vorm van patiënt-informatie wordt vereist voordat een ECG kan worden
opgenomen. Echter, als een gebruiker nooit enige patiënt-informatie wenst in te voeren, dan
wordt de bovengenoemde configuratie als nutteloos beoordeeld en uitgezet.
Overweeg de volgende opties: Barcode-scanner of een andere geautomatiseerde
benadering
Als uw klinische omgeving gebruik maakt van barcodes, dan kunnen sommige
elektrocardiografen van GE Healthcare optioneel worden uitgerust met een barcode-scanner.
Dit maakt het erg gemakkelijk om nauwkeurige patiëntgegevens in te voeren door deze uit te
lezen van de polsband van een patiënt of van een gedrukt etiket. In enkele seconden kan
dan een ECG-opname een unieke identificatie krijgen die overeenkomt met de correcte
patiënt-informatie zonder typefouten. GE Healthcare-apparaten kunnen ook werken met
kaartlezers en andere geavanceerde oplossingen zoals een automatische verbinding met
systemen die patiënt-informatie aanleveren.
1.
De MAC 1200 heeft geen soft-keys. Alle functies worden bediend met harde toetsen. Patiënt-informatie wordt bijvoorbeeld gekozen door een
speciale toets. MAC 600 en MAC 800 hebben 4 soft-keys. MAC 1600, MAC 2000, MAC 3500, MAC 5000, MAC 5500 en MAC 5500 HD hebben de
6 soft-keys die in stap 1 zijn getoond.
2098702-007B
1
MAC ECG-wagens
7
Advertenties
Inhoudsopgave
