3
De ontspanknop tot de helft indrukken om
scherp te stellen.
•
De focusaanduiding A (groen) gaat branden als het
onderwerp scherp gesteld is.
•
De AF-zone B wordt door de
Gezichtsherkenningsfunctie rondom het gezicht van het
onderwerp weergegeven. In andere gevallen wordt het
weergegeven op het punt van het onderwerp dat
scherpgesteld is.
•
De minimumafstand (hoe dicht u bij het onderwerp kunt
komen) zal veranderen afhankelijk van de zoomfactor.
Controleer dit aan de hand van het opnamebereik dat op
het scherm weergegeven wordt.
4
Druk de ontspanknop helemaal in (verder
indrukken), en maak het beeld.
Basiskennis
(P31)
- 27 -
A
B