8. Bij storing
Storingscode Beschrijving
Retourtemperatuur >
tb-bC
Aanvoertemperatuur
tb-bD
Bedieningspaneel
Na maximaal 5
tb-bE
startpogingen geen
vlamvorming
tb-bF
Fout in ionisatie
tb-bG
Ongewenste vlamvorming
48
Mogelijke oorzaak
De waterdruk en/of
waterpeil zijn te laag
Geen doorstroming
Te veel lucht
Sensor niet of slecht
aangesloten
Afwijking van de sensor
van de aanvoer- of
retourtemperatuur
Bedieningspaneel defect
Voedingskabel defect
Voedingskabel slecht
aangesloten
Geen ontstekingsvonk.
Wel ontstekingsvonk maar
geen vlamvorming.
Wel vlam maar geen of
onvoldoende ionisatie <A.
Afstelling CO₂ is niet juist
Controle / oplossing
Controleer de waterdruk van de cv-installatie enkele
malen per jaar.
De werking van de circulatiepomp van de
verwarmingsketel controleren. Steek een
schroevendraaier in de gleuf van de as van de pomp
en draai de as meerdere malen van rechts naar links.
De bedrading controleren. Indien de pomp nog steeds
niet werkt, is deze defect en moet hij vervangen
worden.
Ontlucht de ketel wanneer de pomp uitgeschakeld is.
Controleer de bekabeling tussen de sensors en het
bedieningspaneel
Controleer de goede werking van de sensors.
Wanneer een defecte sensor gedetecteerd is, kan de
weerstand bij verschillende temperaturen
gecontroleerd worden met behulp van een multimeter
met een juist meetbereik. Weerstand van de sensor
12-15 k¨ bij 20-25À.
Controleer de elektrische aansluitingen.
Controleer
Ontstekingstransformator;
4
Ontstekingskabel;
4
Tussenafstand van de elektroden ( 3-4 mm)
4
Aarding
4
Controleer van tevoren of de gaskraan open is, of
4
de voedingsdruk voor gas aanwezig is, of de
gasleiding voldoende ontlucht is, of de lucht-
rookgassenleiding niet verstopt is of lekt, of de
sifon gevuld en niet verstopt is
Test of de verwarmingsketel is aangesloten op het
4
elektriciteitsnet zoals beschreven in hoofdstuk 4,
indien dit het geval is, neem dan contact op met
uw installateur of gebruik een
scheidingstransformator
Reinig of vervang de ontstekingselektroden
4
Het CO₂-gehalte op hoog- en laaglast controleren
4
De stabiliteit van de verbranding van de vlam
4
controleren
Het CO₂-gehalte op hoog- en laaglast controleren
4
Controleer de elektrische aansluiting, vooral de
4
aarding
Reinig of vervang de ontstekingselektroden
4
Tussenafstand van de elektroden ( 3-4 mm);
4
Controleer het CO₂-gehalte op het gasblok
4
Controleer de ionisatie-/ontstekingselektrode
4
Controleer de concentrische pijpen van de
4
rookgasafvoer en luchttoevoer
Controleer de gascirculatie op vollast
4
Ontstekingstrafo defect
4
Automaat defect
4
Avanta CW6
260609 - 122068-AA