Camera: basisfuncties
Foto's en video's weergeven
Gemaakte foto's of video's kunt u weergeven door op het galerijpictogram te tikken. Scrol naar links
of rechts om naar de volgende of vorige afbeelding te gaan. (p. 89)
Automatisch scherpstellen en automatische
belichting
U kunt de camerascherpte en -belichting automatisch aanpassen door het scherm aan te raken.
Tik in de opnamestand op het gewenste gebied waarop u wilt scherpstellen. Het scherpstelkader
wordt naar het gewenste gebied verplaatst en er wordt een pictogram weergegeven in de
rechterbovenhoek van het scherpstelkader. Sleep dan het kader om het AF-kader en AE-kader te
scheiden. Sleep elk kader naar de gewenste locatie.
Blijf om de scherpte of belichting te vergrendelen het respectievelijke kader aanraken. Het
vergrendelde kader kan niet worden verplaatst en wordt opnieuw ingesteld na de opname.
Sleep een kader naar het andere kader zodat deze overlappen om het AF-kader en het AE-kader
samen te voegen.
In- of uitzoomen
Draai de Zoomtoets met de klok mee of spreid twee vingers van elkaar op het scherm om in te
zoomen. Draai de Zoomtoets tegen de klok in of knijp twee vingers naar elkaar toe het scherm om
uit te zoomen.
Uitzoomen
Inzoomen
53