Inhoudsopgave
Advertenties
B083 Modulatiefrequentie
De modulatiefrequentie kan worden ingesteld tussen de 2 en 12 kHz.
fabrieksinstelling 3kHz.
Voor een stille motor is veelal een zo hoog mogelijke schakelfrequentie gewenst.
Echter om aan de EMC-richtlijnen te voldoen, mag de schakelfrequentie niet hoger
zijn dan 5 kHz!
Het verlagen van de modulatiefrequentie vermindert de warmteverliezen en heeft
een gering positief effect op het te leveren motorkoppel. Bij een hogere
schakelfrequentie dan 3kHz mag de X200 niet continu zijn nominale stroom leveren
maar moet de belasting worden verminderd (derating) . Wordt dit niet gedaan dan
zal dit leiden tot een defect van de X200! Neem voor de juiste derating curves
contact op met Hiflex (tel. 0180 - 46 60 04) Een alternatief kan zijn de
schakelfrequentie automatisch te laten reduceren door b150 op 01 te zetten.
B133 Overspanning onderdrukking tijdens deceleratie
Tijdens deceleratie komt de motor in regeneratief bedrijf (dynamo werking) en zal
vermogen gaan terugleveren aan de frequentieregelaar. Dit vermogen is afhankelijk
van de massatraagheid die aan de motor hangt en de deceleratietijd (F003).
Standaard kan een regelaar 10 tot 20% regeneratief vermogen zelf dissiperen. Bij
grotere regeneratieve vermogens zal de regelaar dit standaard niet kunnen opnemen
en zal de tussenkringspanning gaan stijgen. Een te hoge tussenkringspanning zal
leiden tot fout E07 (Overspanning).
Bij het optreden van deze fout zijn er drie mogelijkheden om dit probleem op te
lossen :
1. verlengen van de deceleratie tijd (F003)
2. een externe rem-unit met remweerstand aansluiten op de tussenkring
3. activering van de tussenkringspanning regeling (B133 = 1)
Deze laatste functie regelt de tussenkringspanning tijdens deceleratie.
Met de parameter B134 stel je het inschakelniveau in van de tussenkringspanning
regelaar.
25
Advertenties
Inhoudsopgave
