7 Inbedrijfstelling
Door het frame
Kies één van de 3 mogelijkheden:
geleiden
1
b
a
a Voedingskabel
b Doorverbindingskabel
Aansluiten op het
Voor kabels die uit de unit komen, kan een
frame
beschermende mantelbuis worden
aangebracht in de uitbreekopening.
Bescherm de kabels met plastic buizen om
te voorkomen dat de rand van de
uitbreekopening in de kabels snijdt
wanneer u geen mantelbuis gebruikt.
A Binnenkant van de buitenunit
B Buitenkant van de buitenunit
a Draad
b Bus
c Moer
d Frame
e Slang
6 Breng het servicedeksel weer aan. Zie
sluiten" op
pagina 22.
7 Installeer
een
aardlekschakelaar
voedingsleiding.
6.8
De installatie van de buitenunit
voltooien
6.8.1
De installatie van de buitenunit voltooien
1 Isoleer en bevestig als volgt de koelmiddelleiding en de
doorverbindingskabel:
c
a
d
b
e
f
a
Gasleiding
b
Isolatie gasleiding
c
Doorverbindingskabel
d
Vloeistofleiding
e
Isolatie vloeistofleiding
f
Afwerkkleefband
2 Plaats het servicedeksel terug.
6.8.2
De buitenunit sluiten
OPMERKING
Wanneer u het deksel van de buitenunit sluit, let op dat u
het aanhaalkoppel van 4,1 N•m NIET overtreft.
Uitgebreide handleiding voor de installateur
22
3
b
a
2
b
a
A B
a b c
d
e
"6.8.2 De buitenunit
en
zekering
op
de
1
2
1×
6.8.3
Isolatieweerstand van de compressor
controleren
OPMERKING
Als zich na de installatie koelmiddel verzamelt in de
compressor, kan de isolatieweerstand over de polen
afnemen, maar de machine blijft werken zo lang deze
weerstand minstens 1 MΩ bedraagt.
▪ Meet de isolatie met een 500 V megger.
▪ Gebruik geen megger voor laagspanningscircuits.
1 Meet de isolatieweerstand over de polen.
Als
≥1 MΩ
Isolatieweerstand is OK. Deze procedure
is voltooid.
<1 MΩ
Isolatieweerstand is niet OK. Ga naar de
volgende stap.
2 Schakel de voeding IN en laat ze 6 uur aan.
Gevolg: De compressor warmt op en verdampt alle koelmiddel
in de compressor.
3 Meet de isolatieweerstand opnieuw.
7
Inbedrijfstelling
7.1
Overzicht: Inbedrijfstelling
In dit hoofdstuk wordt beschreven wat u moet doen en wat u moet
weten om het systeem na de installatie in gebruik te stellen.
Typische werkstroom
Het in bedrijf stellen houdt typisch volgende stappen in:
1
De "Controlelijst voor de inbedrijfstelling" controleren.
2
Het systeem testen.
7.2
Voorzorgsmaatregelen bij de
inbedrijfstelling
INFORMATIE
Gedurende de eerste bedrijfsperiode van de unit kan het
nodige opgenomen vermogen hoger zijn dan dat vermeld
op het typeplaatje van deze unit. Dit fenomeen wordt
veroorzaakt door de compressor, die een continue looptijd
van 50 uur nodig heeft voordat een vlotte werking en
stabiel stroomverbruik wordt gerealiseerd.
Dan
RZAG71~140L7V1B
Split-systeem airconditioners
4P418663-1 – 2016.02