Gebruikershandleiding
DJI FPV
RTH (rechte lijn)
1. De thuisbasis wordt geregistreerd.
2. RTH wordt geactiveerd.
3. Als de drone minder dan 5 m van de thuisbasis is verwijderd wanneer RTH begint, landt het onmiddellijk.
Als de drone meer dan 5 m en minder dan 50 m van de thuisbasis is verwijderd wanneer RTH begint, zal hij
op de huidige hoogte en met een maximale horizontale snelheid van 3 m/s naar de thuisbasis terugkeren.
Als de drone verder dan 50 m van de thuisbasis is verwijderd wanneer RTH begint, zal het opstijgen tot de
RTH-hoogte en met een snelheid van 13,5 m/s naar de thuisbasis terugkeren. De drone vliegt op de huidige
hoogte terug naar de thuisbasis als de RTH-hoogte lager is dan de huidige hoogte.
4. Na het bereiken van de thuisbasis landt de drone en stoppen de motoren.
Vermijden van obstakels tijdens RTH
1. De drone remt af wanneer aan de voorzijde een obstakel wordt gedetecteerd en stijgt op tot een veilige
afstand. Na nog eens 5 m gestegen te zijn, blijft de drone voorwaarts vliegen.
2. De drone remt af wanneer een obstakel van onderaf wordt gedetecteerd en stijgt op tot geen obstakels
meer worden gedetecteerd alvorens verder te vliegen.
Tijdens RTH kan de drone geen obstakels aan de zijkant, achterkant of van bovenaf waarnemen.
De drone kan tijdens RTH geen obstakels ontwijken als het voorwaartse en neerwaartse
zichtsysteem niet beschikbaar zijn.
De drone kan niet naar de thuisbasis terugkeren wanneer het GPS-signaal zwak of niet beschikbaar
is. Als het GPS-signaal zwak of niet beschikbaar wordt nadat RTH is geactiveerd, zal de drone een
tijdje op zijn plaats blijven hangen voordat hij gaat landen.
Vóór elke vlucht is het belangrijk om op de bril naar Instellingen te gaan en vervolgens Veiligheid te
openen en een geschikte RTH-hoogte in te stellen.
Tijdens RTH, als de drone voorwaarts vliegt en het signaal van de afstandsbediening normaal is, kan
de afstandsbediening worden gebruikt om de snelheid van de drone te regelen, maar de richting
kan dan niet worden geregeld en er kan niet naar links of rechts worden gevlogen. Tijdens het dalen
kunnen de richting en horizontale positie van de drone worden geregeld. Wanneer de drone stijgt of
voorwaarts vliegt, duwt u de joystick volledig in de tegenovergestelde richting om RTH te verlaten.
GEO-zones zullen de RTH beïnvloeden. Het vliegtuig zal op zijn plaats blijven zweven als het tijdens
RTH in een GEO-zone vliegt.
De drone kan mogelijk niet naar een thuisbasis terugkeren wanneer het te hard waait. Vlieg
voorzichtig.
Landingsbescherming
Landingsbescherming wordt geactiveerd tijdens Smart RTH.
1. Tijdens landingsbescherming zal de drone automatisch een geschikte landingsplaats detecteren en
voorzichtig landen.
2. Als de grond ongeschikt voor de landing wordt bevonden, blijft de drone in de lucht en wacht deze op
bevestiging van de piloot.
3. Als de landingsbescherming niet operationeel is, zal de bril een landingsmelding weergeven wanneer de
drone tot 0,3 m daalt. Trek de gashendel naar beneden om te landen.
Tijdens de landing zijn de zichtsystemen uitgeschakeld. Zorg ervoor dat u de drone met de nodige
voorzichtigheid laat landen.
19
© 2021 DJI. Alle rechten voorbehouden.