2) Beschrijving van het controlescherm
① Het LCD-scherm toont het controlescherm en de airconditioner met het adres 01
wordt gecontroleerd.
② De modus van de airconditioner met het adres 01 is: Koeling, harde ventilator,
zwaaifunctie aan,
binnentemperatuur 22ºC, ingestelde temperatuur 20ºC, koelingsmodus vergrendeld.
③ In de matrix zijn alleen de grote en kleine vakken van (00+,00) en (00+,01)
opgelicht. Dit betekent dat de airconditioners met adressen 00 en 01 aangeschakeld en
in bedrijf zijn.
3) Beschrijving van het instellingenscherm
① Het LCD-scherm toont het instellingenscherm en de airconditioner met het adres
01 wordt gecontroleerd.
② De modus van de airconditioner met het adres 01 is: Koeling, harde ventilator,
zwaaifunctie aan, ingestelde temperatuur 22ºC, koeling.
④ In de matrix zijn alleen de grote vakken van (00+,01) tot (00+,15) opgelicht. Dit
betekent dat de airconditioners met de adressen van 01 tot 15 in bedrijf zijn.
Fig. 2.6 Voorbeeldschema van het controlescherm
Fig. 2.7 Voorbeeldschema van het instellingsscherm
Gebruikers- en installatiehandleiding
21