Advertenties
3. Vergrendelingsmodus
1) Effect
Om te bedienen in de vergrendelingsmodus via de centrale bediening, kan alleen worden
gekozen voor modi die niet in conflict zijn met de vergrendelingsmodus.
2) Werking
Kan verwarmingsmodus of koelingsmodus vergrendelen.
In de vergrendelingsmodus, om een nieuwe vergrendelingsmodus in te stellen, moet deze
eerst worden ontgrendeld voordat de nieuwe vergrendelingsmodus kan worden ingesteld.
① Kan vergrendelen of ontgrendelen via de computer.
② Kan bedienen door de centrale bediening.
Kies op het instellingenscherm van de centrale bediening alle airconditioners in het netwerk
van de centrale bediening als object, druk op "
modus te vergrendelen of ontgrendelen.
Als de actuele status vergrendelingsmodus is, druk op de toets om te ontgrendelen.
Als er geen vergrendelingsmodus is, druk op de toets om te vergrendelen.
4. Vergrendelen en ontgrendelen toetsen centrale bediening
1) Effect
Wanneer de toetsen van de centrale bediening vergrendeld zijn, werken de toetsen niet,
behalve de " "-toetsen de ontgrendelingstoets.
2) Werking
1. Druk op de "
centrale bediening worden vergrendeld of ontgrendeld.
Als de toetsen vergrendeld zijn, druk op de toets om te ontgrendelen.
Als de toetsen van de centrale bediening niet vergrendeld zijn, druk op de toets om te
vergrendelen.
2. Wanneer het achtergrondlicht uitgaat, worden de toetsen automatisch vergrendeld. Druk op
een willekeurige toets om het achtergrondlicht eerst aan te zetten. Druk daarna op de "
houd hem vast, druk op de " "-toets om de toetsen te ontgrendelen. De werking van de bediening
is aangezet.
Het achtergrondlicht gaat uit en de toetsen worden automatisch vergrendeld als er gedurende
30 seconden geen activiteit is.
2.3.5
AAN en UIT
Gebruik de " "-toets of de "
UIT te zetten.
De AAN-modus zal gelijk zijn aan de vergrendelingsstatus van het systeem of andere
voorwaarden. Als er een conflict is, gaat hij over naar de volgende modus zonder conflict. Als alle
modi in conflict zijn, dan werkt het toestel niet.
1. Gebruik de " "-toets om het toestel AAN of UIT te zetten.
Kan worden toegepast op een enkele airconditioner of alle airconditioners in het netwerk van
de centrale bediening.
1) Kies het object. Druk op " " om een enkele airconditioner of alle airconditioners in het
netwerk van de centrale bediening te kiezen. Als een enkele airconditioner wordt gekozen, gebruik
dan " ", " ", "
", en "
2) Gebruik " ", " ", " ", en " " om de bedrijfsmodus en de bedrijfsparameters in te stellen,
zoals de ventilatorsnelheid, ingestelde temperatuur, enz.
3) Gebruik de " "-toets en de centrale bediening stuurt het betreffende commando naar de
betreffende airconditioner.
Na het instellen van de bedrijfsparameters voor de airconditioner, en de " "-toets wordt niet
ingedrukt, dan zullen de ingestelde parameters niet naar de airconditioner worden gestuurd, en de
wordt de lopende werking van de airconditioner niet beïnvloed (behalve bij vergrendeling).
Gebruikers- en installatiehandleiding
12
"-toets en houd hem vast, druk dan op de " "-toets en de toetsen van de
"-toets om de airconditioners via de centrale bediening AAN en
" om de airconditioner te kiezen.
" en houd hem vast, druk dan op " " om de
"-toets en
Advertenties
