Laag vetge-
Leeftijd
6 - 12
< 7
13 - 19
< 8
20 - 39
< 9
40 - 59
< 11
60 - 79
< 13
Atleet
7.3. Lichaamswater
Het lichaam van een volwassene bestaat voor ca. 60% uit water. Hierbij moet echter
een zekere marge in aanmerking worden genomen waarbij ouderen een lager wa-
tergehalte hebben dan jongeren en mannen een hoger watergehalte dan vrouwen.
Het verschil tussen mannen en vrouwen berust hierbij op het hogere vetgehalte
bij vrouwen. Omdat het overgrote deel van het lichaamswater in de vetvrije massa
(73% van de vetvrije massa is water) is opgeslagen en het watergehalte in het vet-
weefsel zeer gering is (ca. 10% van het vetweefsel is water), daalt bij een stijgend
gehalte aan lichaamsvet automatisch het gehalte aan lichaamswater.
Een waterverlies van 5% kan uw lichaamsenergie met 20 tot 30% verminderen. U
moet dagelijks minimaal 2 liter vloeistof drinken.
7.3.1. Normaal procentueel aandeel lichaamswater
Kind
> 58
Volwassene
> 52
Atleet
> 56
Sporters hebben over het algemeen minimaal een 5% hoger gehalte aan lichaams-
water. Met toenemende leeftijd, daalt het gehalte aan lichaamswater met ca. 10%.
Mannen
Normaal vet-
halte
gehalte
7 - 18
8 - 19
9 - 20
11 - 22
13 - 24
3 - 15
Vrouwen
Hoog vetge-
Zeer hoog
halte
vetgehalte
18 - 25
> 25
19 - 25
> 25
20 - 26
> 26
22 - 28
> 28
24 - 30
> 30
Mannen
> 60
> 58
> 60
11