Radarweergave-instellingen
Selecteer op een radarscherm Opties > Radar instellen > Presentatie.
OPMERKING: Deze instellingen zijn niet van toepassing op de radaroverlay.
Achtergrondkleur: Hiermee stelt u het kleurenschema voor de achtergrond in.
Voorgrond Kleur: Hiermee stelt u het kleurenschema voor de radarresultaten in.
Helderheid: Hiermee stelt u de helderheid in van verschillende radarfuncties, zoals afstandcirkels en
volgsymbolen.
Geplande snelheid: Als uw snelheid toeneemt, wordt uw huidige positie automatisch naar de onderkant van het
scherm verplaatst. Voer uw topsnelheid in voor het beste resultaat.
Instellingen voor installatie van de radar
Voorkant boot: Compenseert de fysieke locatie van de radar als deze niet op de as van de boot ligt
boegcorrectie meten en instellen,
Antenneconfiguratie: Hier kunt u het formaat van de radarantenne opgeven en instellen in welke positie de
radar stopt
(Een aangepaste parkeerstand instellen,
Radarvrije zone: Stelt de zone in waarin de radar geen signalen uitzendt
aanpassen,
pagina 104).
De boegcorrectie meten en instellen
De boegcorrectie compenseert de fysieke locatie van de radarscanner op het schip als de radarscanner niet op
één lijn ligt met de boegas. De instelling van de boegcorrectie die voor één radarmodus wordt opgegeven, geldt
voor alle andere radarmodi en voor de radaroverlay.
1 Maak met behulp van een magnetisch kompas een optische peiling van een stilliggend object dat zich
binnen het zichtbare bereik bevindt.
2 Meet de peiling van het object op de radar.
3 Als de afwijking van de peiling meer dan +/- 1 graad bedraagt, stelt u de boegcorrectie in.
4 Selecteer in een radarscherm Opties > Radar instellen > Installatie > Voorkant boot.
5 Selecteer Omhoog of Achter om de correctie in te stellen.
Een aangepaste parkeerstand instellen
Standaard wordt de radarantenne loodrecht op het voetstuk gestopt wanneer de radar niet draait. U kunt deze
positie wijzigen.
1 Selecteer in het radarscherm Opties > Radar instellen > Installatie > Antenneconfiguratie > Parkeerstand.
2 Gebruik de schuifregelaar om de parkeerstand van de antenne aan te passen en selecteer Terug.
Radarinstellingen voor de laag Mijn boot
Selecteer in een radarscherm Opties > Lagen > Mijn boot.
Koerslijn: Hiermee wordt op het radarscherm een lijn vanaf de boot weergegeven die de koersrichting aangeeft.
Afstandcirkels: Aan de hand van de afstandcirkels worden afstanden op het radarscherm zichtbaar gemaakt.
Peilingcirkel: Toont een peiling ten opzichte van uw voorliggende koers of gebaseerd op een noordreferentie,
die u helpt bij het bepalen van de peiling naar een object dat zichtbaar is op het radarscherm.
Een andere radarbron selecteren
1 Selecteer een optie:
• Selecteer op een radarscherm of de radaroverlay Opties > Radar instellen > Bron.
• Selecteer Instellingen > Communicatie > Voorkeursbronnen > Radar.
2 Selecteer de radarbron.
Radar
pagina 113).
pagina 113).
(Een radarvrije zone inschakelen en
(De
113