76
Het interval tussen de opnamen wordt langer als het
ingebouwde geheugen van de camera vol raakt.
Wanneer de flitser wordt gebruikt, wordt het interval tussen de
opnamen langer, omdat de flitser moet worden opgeladen.
De flitser instellen
U kunt gedetailleerde flitserinstellingen maken om de flitser aan de
opnameomstandigheden aan te passen.
Flitsinstellingen
Slow
De flitser wordt gebruikt met een
synchronisatie
langzame sluitertijd. Hiermee
verkleint u de kans dat alleen de
achtergrond donker wordt
weergegeven wanneer u in het
donker of binnen een opname
met de flitser maakt.
Rode-Ogen
Zoekt en corrigeert automatisch
rode ogen wanneer de flitser
flitst.
Lamp Aan
Deze functie reduceert het effect
van het flitslicht dat door ogen
wordt gereflecteerd waardoor de
ogen rood worden weergegeven.
Wat is rode-ogencorrectie?
Wanneer [Rode-Ogen] is ingesteld op [Aan], wordt alleen het
gecorrigeerde beeld opgeslagen op de geheugenkaart.
Als het gebied rondom de ogen rood is, bijvoorbeeld vanwege
rode oogschaduw, wordt dat gebied mogelijk ook gecorrigeerd.
Stel in dat geval [Rode-Ogen] in op [Uit].
Rode ogen worden op sommige beelden mogelijk niet
automatisch gedetecteerd of worden mogelijk niet volledig
gecorrigeerd. In beide gevallen kunt u de beelden corrigeren
met [Rode-Ogen Corr.] in het menu
Beschikbare opnamemodi
Als u Slow Sync gebruikt,
neemt de kans op
camerabeweging toe. Het
gebruik van een statief
wordt daarom
aanbevolen.
Wanneer u de optie instelt
op [Aan], brandt het
lampje voor rode-
ogencorrectie oranje
voordat de flitser flitst.
p. 189
–
(p.
115).