Wij raden u aan voor het opnemen van films een
geheugenkaart te gebruiken die in uw camera is
geformatteerd
(p.
wordt geleverd, kunt u gebruiken zonder dat u de
kaart hoeft te formatteren.
Let op het volgende wanneer u aan het opnemen bent:
- Probeer de microfoon niet aan te raken (Verkorte
handleiding p. 1).
- Gebruik behalve de ontspanknop geen andere
knoppen. Het geluid van andere knoppen wordt
met de film opgenomen.
- De camera past tijdens opname automatisch de
belichting en de witbalans aan de
opnameomstandigheden aan. De geluiden die tijdens
het automatisch aanpassen van de belichting door de
camera worden gemaakt, kunnen ook worden
opgenomen.
De instellingen voor scherpstellen en optisch in-/
uitzoomen die u voor het eerste beeld hebt geselecteerd,
worden ook voor de volgende beelden gebruikt.
Richt de camera niet op de zon bij het maken van
opnamen.
Vóór de opname kunt u de belichting vergrendelen (AE lock)
(p. 49)
en de belichting instellen.
1. Druk op de knop
AE lock wordt ingesteld en de belichtingsschuifbalk
verschijnt in het LCD-scherm.
2. Gebruik de knop
Druk nogmaals op de knop
heffen. De instelling wordt ook geannuleerd als u op
de knop MENU drukt of de witbalans, My Colors of
de opnamemethode wijzigt.
In de modus
besparingsoptie
uitgeschakeld of niet. U kunt het LCD-scherm inschakelen
door te drukken op een andere knop dan de ON/OFF-knop
of de sluiterknop.
U hebt QuickTime nodig om films (gegevenstype:
AVI/compressiemethode: Motion JPEG) op een
computer af te spelen (alleen voor Windows 2000).
29). De kaart die bij de camera
.
of
om de belichting aan te passen.
bepaalt de geselecteerde energie-
(p. 26)
of het LCD-scherm wordt
om de instelling op te
41