Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Instellingen Voor Getallen; Eenheden Instellen; Tijdsverschil Configureren; Een Frequentieband Selecteren - Garmin VHF 11 Series Gebruikershandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor VHF 11 Series:
Inhoudsopgave

Advertenties

Instellingen voor getallen

U kunt de getallen aanpassen die worden weergegeven op het startscherm van de marifoon.
Selecteer MENU > SYSTEM > NUMBERS.
LAT/LONG: Toont of verbergt de breedtegraad- en lengtegraad-waarden van de GPS-positie of van handmatig
ingevoerde positiegegevens.
TIME: Toont of verbergt de tijd die wordt aangeleverd door het GPS-signaal of door handmatig ingevoerde
informatie.
OPMERKING: De tijd wordt alleen automatisch bijgewerkt als u een GPS-positie ontvangt. Als u uw tijd en
positie handmatig invoert, wordt de weergegeven tijd niet automatisch bijgewerkt. Bij handmatig ingevoerde
positie- en tijdgegevens wordt op het startscherm altijd het invoertijdstip weergegeven, zelfs als u er bij deze
instelling voor kiest om de tijd te verbergen.
COG/SOG: Hiermee toont of verbergt u informatie over de koers over de grond (COG) en snelheid over de grond
(SOG).
OPMERKING: U moet een GPS-positie ontvangen om informatie over de koers over de grond (COG) en de
snelheid over de grond (SOG) weer te geven.

Eenheden instellen

U kunt de maateenheid instellen die u wilt gebruiken voor de waarden die op de marifoon worden weergegeven.
Selecteer MENU > SYSTEM > UNITS.
SPEED: Hiermee stelt u de maateenheid in voor de weergave van snelheidgerelateerde velden, zoals snelheid
over de grond.
TIME > FORMAT: Hiermee stelt u de tijdnotatie in.
HEADING: Hiermee stelt u in of de marifoon voor weergave van alle berekeningen van voorliggende koersen,
zoals de koers over de grond (COG), het ware of het magnetische noorden gebruikt.
OPMERKING: Als de marifoon is geconfigureerd voor NMEA 2000 communicatie, wordt de eenheid voor
voorliggende koers ingesteld op AUTO en worden de gegevens over de voorliggende koers weergegeven op
basis van de informatie die wordt verstrekt via het netwerk. Deze instelling kan niet worden gewijzigd.
Tijdsverschil configureren
In plaats van de UTC-tijd (Universal Coordinated Time) kunt u de lokale tijd weergeven. Als u de instelling
aanpast voor de lokale tijd, verschijnt de aanduiding LOC achter de tijd op het startscherm.
OPMERKING: Als u een DSC-oproep plaatst, wordt de tijd verzonden in UTC-notatie.
1 Selecteer MENU > SYSTEM > UNITS > TIME > OFFSET.
2 Draai aan de knop SELECT om het tijdsverschil met UTC aan te passen.
3 Selecteer OK.

Een frequentieband selecteren

U kunt schakelen tussen de Amerikaanse, internationale en Canadese frequentiebanden
pagina 26).
OPMERKING: Niet alle frequentiebanden zijn beschikbaar op alle modellen.
1 Selecteer MENU > CHANNEL > FREQUENCY BAND.
2 Selecteer een frequentieband.
Systeeminstellingen
(Kanalenlijst,
25

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave