Onderhoud van de camera
Over het opladen van de batterij
• Controleer als het indicatielampje uit is of de batterij op de juiste wijze
is geplaatst.
• Schakel de camera tijdens het opladen uit.
• Gebruik de camera niet tijdens het opladen. Schakel de camera uit
voordat u de batterij oplaadt.
• Trek niet aan het elektriciteitssnoer om de stekker uit het stopcontact
te halen. Dit kan brand of een schok veroorzaken.
• Schakel de camera pas in nadat u de batterij langer dan 10 minuten
hebt opgeladen.
• Met het gebruik van de flitser en het opnemen van video's raakt de
batterij snel leeg. Laad de batterij op totdat het indicatielampje groen
wordt.
• Als het indicatielampje oranje knippert of niet brandt, sluit u de kabel
opnieuw aan of verwijdert u de batterij en plaatst u deze opnieuw in
de camera.
• De batterij van de camera kan niet worden opgeladen bij lage
temperaturen (below 0 °C) of hoge temperaturen (boven 40 °C).
• Als u de batterij oplaadt wanneer de kabel oververhit is of de
temperatuur te hoog is, kan het indicatielampje oranje worden.
Nadat de batterij is afgekoeld, wordt met opladen begonnen.
Over het opladen terwijl er een computer is aangesloten
• Gebruik alleen de meegeleverde USB-kabel.
• De batterij wordt mogelijk in de volgende gevallen niet opgeladen:
- wanneer u een USB-hub gebruikt
- wanneer er andere USB-apparaten op de computer zijn
aangesloten
- wanneer u de kabel op de poort aan de voorzijde van de
computer aansluit
- wanneer de USB-poort van de computer de stroomuitvoernorm
niet ondersteunt (5 V, 500 mA)
85
Aanvullende informatie