Samenvatting van Inhoud voor ORKEL MP2000-X Compactor
Pagina 1
Gebruikers- handleiding MP2000-X Compactor Rev: MP2000-X.UM.2E.NL Vertaling in het Nederlands van de originele Engelse versie. Gepubliceerd in 2021. Volgens Richtlijn 2006/42/EC, Bijlage | 1.7.4.1 Orkel AS Geldig vanaf serienummer: 20427005 Johan Gjønnes' veg 25 Orkel-onderdeelnummer: 16800 7320 Fannrem, Noorwegen orkel.no/qr/mp2000-x...
Inhoudsopgave 1 Algemeen 1.1 Inleiding 1.1.1 Voorwoord 1.1.2 Disclaimer 1.1.3 Gebruiksreikwijdte 1.2 Controle voor levering 1.2.1 Voorbereiding op de locatie van de klant 1.3 Identificatie van de machine 1.4 De bedieningshandleiding 1.4.1 Hoe gebruikt u deze handleiding? 1.5 Garantie 1.6 Verklaring van conformiteit 2 Veiligheid 2.1 Inleiding 2.2 Symbolen...
Pagina 4
4.1.1 Veilige werkroutine 4.1.2 Veiligheid van de operator 4.1.3 Veiligheid van andere mensen 4.1.4 Montage ter plaatse 4.1.5 Gevaarlijke elementen tijdens het gebruik 4.1.6 Gevarenzones tijdens de bediening 4.1.7 Risico op omvallen 4.1.8 De machine verlaten 4.2 De machine aansluiten en instellen 4.2.1 Opstellen 4.2.2 Telescopische trekbalk en invoertrechter F10 4.2.3 Overzicht van hendel en bedieningselementen...
Pagina 5
4.8 Parkeerrem 4.9 Operatorsplatform 4.10 Persluchtreinigingssysteem 4.10.1 Bedieningsmodus 4.10.2 Aanbevelingen 5 Transport 5.1 Transportveiligheid 5.1.1 Snelheidslimiet 5.1.2 Voorbereiding voor de weg 5.1.3 Hefpunten 5.1.4 Omsnoeren en vastbinden 5.1.5 Ontmanteling van de machine 5.2 Gebruik van de snelweg 5.2.1 Transportvoorbereiding, telescopische trekbalk en invoertrechter F10 6 Besturingssysteem 6.1 Gebruikersinterface...
Pagina 6
6.1.15 Reset 6.1.16 Software 6.1.17 Instellingen en uitleg 7 Onderhoud en mechanische aanpassingen 7.1 Veiligheid 7.1.1 Voor het onderhoud 7.1.2 Veiligheidsmaatregelen tijdens onderhoud en mecha- nische aanpassingen 7.1.3 Gevaarlijke elementen tijdens het onderhoud 7.1.4 Controle na reparatie of onderhoud 7.2 Elektriciteit 7.2.1 Zekeringen 7.3 Wielen 7.4 Kettingen...
Pagina 7
7.8 Plasticbindapparaat 7.8.1 Controle en onderhoud 7.9 Wikkeltafel 7.9.1 Inspectie 7.9.2 De wikkeltafelband 7.10 Frame, trekbalk, bevestigingen 7.10.1 Frame 7.10.2 Hoofdcomponenten, bevestigingspunten 7.11 Kamerrollenbussen 7.11.1 Inspectie op slijtage 7.11.2 Toelaatbare slijtage 7.11.3 Tandwielen verwijderen 7.12 Hydrauliek 7.12.1 Hydraulische olie 7.12.2 Slangen en aansluitingen 7.12.3 Hydraulische pomp, tandwielkast 7.12.4 Warmtewisselaar 7.13 Olieverversing en oliefilter...
Pagina 8
8.3 Elektrische pomp en hoofdverdeler 8.4 Problemen oplossen voor Beka max 8.5 Olietemperatuur 8.6 Goedgekeurde smeermiddelen 8.6.1 Hydrauliek 8.6.2 Kettingsmering 8.6.3 Smeren 8.6.4 Tandwielkast en tandwielen voor hydraulische motoren 99 8.7 Schema's voor handmatige smering 8.7.1 De compactor 8.7.2 Invoertrechter F10 8.7.3 Telescopische trekbalk 8.8 Smeerlijst - handmatige smeerpunten 9 Behoud...
Pagina 9
10.6.4 IO-blok 5 10.6.5 IO-blok 6 10.6.6 IO-blok 7 10.7 Stroomvoorziening 10.7.1 Voedingsblok 1 10.7.2 Voedingsblok 2 10.8 In- en uitgangen gesorteerd op aantal 10.8.1 IO-lijst 1 10.8.2 IO-lijst 2 10.8.3 IO-lijst 3 10.9 In- en uitgangen gesorteerd op type 10.9.1 Inductieve sensoren 10.9.2 Andere sensoren en schakelaars 10.9.3 Richtingskleppen...
Om deze reden keurt Orkel® in geen geval het gebruik van aftermarket-, gray market- of imitatieonderdelen goed. De informatie die Orkel® hieronder verstrekt, wordt verstrekt 'zoals het is, waar het is' en met alle fouten, en het volledige risico van dergelijke informatie ligt volledig bij de Koper.
De compactor mag alleen voor dit doel worden gebruikt. OPMERKING: andere materialen kunnen ook worden geperst, maar moeten in elk geval door Orkel AS worden bevestigd. Dit is verplicht volgens de garantiewetgeving.
12. SPECIFICATIES Een overzicht van de algemene machinecapaciteiten en -prestaties. 1.5 GARANTIE Orkel AS raadt u aan het document Garantievoorwaarden te bestuderen voor gedetailleerde informatie over de garantievoorwaarden. Dit document is te vinden in de bij de compactor geleverde binder. U kunt ook contact opnemen met onze aftersalesafdeling.
2 Veiligheid 2.1 Inleiding 2.2 Symbolen 2.2.1 Waarschuwing, gevaar en voorzichtigheid 2.3 Noodstop 2.4 Naar de operator 2.4.1 Uitoefening van de veiligheid 2.4.2 Persoonlijke bescherming 2.4.3 Persoonlijke veiligheid 2.4.4 Veilige bediening 2.4.5 Belangrijke zaken 2.4.6 Gevarenzones 2.5 Voorzorgsmaatregelen 2.5.1 Ken uw machine 2.5.2 Bediening van de apparatuur 2.5.3 Schoonmaken 2.5.4 Milieubescherming...
Pagina 16
Het symbool en het woord Het symbool en het woord GEVAAR WAARSCHUWING geven een potentieel geven een directe of onmiddellijke gevaarlijke situatie aan. Als u zich niet aan gevaarlijke situatie aan die DODELIJK de gegeven instructies houdt, kan dit lei- OF ERNSTIG LETSEL veroozaakt den tot persoonlijk letsel of verlies van indien deze niet wordt vermeden.
Waarschuwingsborden, die op gevaar wijzen of die op de machine zijn aangebracht, mogen niet worden verwijderd of overschilderd. Onleesbare borden moeten worden vervangen. Deze zijn te bestellen bij Orkel AS. 2.3 NOODSTOP De machine is uitgerust met 5 noodstopknoppen. Vier zijn toegankelijk vanaf de grond en een bovenop de...
Afbeelding 2.1 : Rode cirkels geven noodstoplocaties aan. Aan de andere kant, op grondniveau, bevinden zich nog twee knoppen. Wanneer een noodstopknop is geactiveerd, moet de noodstopknop worden gereset, zodat de machine vanaf het bedieningspaneel kan worden gestart. Afbeelding 2.2 : Noodstopknop met paddenstoelvorm.
2.4.2 Persoonlijke bescherming De compactor kan veel stof en geluid produceren, afhankelijk van welk materiaal wordt geperst. Voor uw eigen gezondheid raden wij u aan persoonlijke beschermingsmiddelen te dra- gen, zoals een veiligheidsbril, stof-/filtermasker en oorbescherming tijdens het gebruik. 2.4.3 Persoonlijke veiligheid Gebruik alle beschikbare beschermings- en veiligheidsuitrustingen.
2.5 VOORZORGSMAATREGELEN 2.5.1 Ken uw machine Ken uw machine. Leer alle functies en bedieningsmechanismen kennen en weet waar de nood- stopschakelaars zich bevinden. Leer de capaciteit en beperkingen van de machines kennen om onnodige stilstand en mechanische defecten te voorkomen. BELANGRIJK: als zich gevaarlijke situaties voordoen, moet u de aftakas onmiddellijk uitschakelen.
Pagina 21
Controleren Controlepunten Alle lagers hebben een zichtbare vetkraag. Afbeelding 2.3 Geen zichtbaar vet op het overdrukklep van de vetpomp. Voorzorgsmaatregelen: een nieuwe compactor moet eerst een testperiode doorlopen. De machine mag niet op maximale capaciteit draaien tijdens de eerste 25 bedrijfsuren. De operator moet opletten, con- troleren of alle functies correct werken en zich bewust zijn van abnormale geluiden van de machine.
3.1 BELANGRIJKSTE ONDERDELEN Afbeelding 3.1 : De hoofdonderdelen van de compactor 3.1.1 Bediening Het materiaal wordt in de invoertrechter geladen met behulp van een wiellader of rechtstreeks via een transportband. Het materiaal wordt vervolgens door de opvoerband naar de kamer verplaatst. De hoe- veelheid en snelheid worden geregeld door een ultrasone sensor en de instellingen op het scherm.
Zie voor aanbevolen oliesoorten sectie 8.6.1 Hydrauliek. In de beschrijving van het afstellen van de hydrau- lische kleppen van de machines worden de kleppen aangeduid met klepnummers. Zie overzicht in sectie 11.2 Kleppenoverzicht. 3.2.1 Richtlijnen voor hydraulische aanpassingen Specifieke instructies met betrekking tot de hydraulische instellingen worden vermeld en uitgelegd voor elk afzonderlijk hoofdstuk over componenten.
Afbeelding 3.2 : Het rode vakje geeft de M1-klep aan 3.4 OPVOER- EN SUBTRANSPORTBAND 3.4.1 Instellingen De snelheid van de opvoer- en subtransportband kan worden gewijzigd vanuit het scherm via de instel- lingenpagina van de machine. 3.5 KAMER De perskamer kan hoge belastingen aan, maar de ingestelde perskamerdruk en de daaruit voortvloeiende baaldichtheid moeten in aanmerking worden genomen en eventueel worden beperkt afhankelijk van het soort materiaal.
Kamervertragingsdrempel: 75% Wanneer de kamerdruksensor een druk van 135 bar (75% van 180 bar) registreert, wordt de snelheid van de opvoerband verlaagd. De opvoerband houdt de lage snelheid aan tot een kamerdruk van 180 bar is bereikt. Vervolgens begint het binden met plastic automatisch. BELANGRIJK: de kamerdruk mag nooit hoger zijn dan 280 bar! 3.6 PLASTICBINDAPPARAAT 3.6.1 Bediening...
3.6.2 Rem- en toevoersnelheid De snelheid moet zo worden ingesteld dat het net/de folie op een iets hogere snelheid wordt ingevoerd dan de omtreksnelheid van de baal. Afhankelijk van het feit of er net of folie wordt gebruikt en van welk materiaal een baal wordt gemaakt, moet de remkracht overeenkomstig worden ingesteld.
Remontlastingsklep: de rem wordt elektrisch bediend via het scherm of de afstandsbediening op het plat- form. Zie sectie 6.1.6 Handmatige bediening sectie 3.6.4 Afstandsbediening 3.6.4 Afstandsbediening Het plasticbindapparaat kan vanaf het platform worden bediend met de afstandsbediening. Elke toets acti- veert een geprogrammeerde reeks, inclusief verschillende functies die in volgorde lopen: Houd de rode en blauwe knoppen ingedrukt tot de sequentie klaar is (mes en Foliesysteem openen:...
Wikkelarmen, lage snelheid: wanneer een hoge snelheid voor de wikkelarmen is ingesteld, kan de lage snel- heid worden ingesteld met behulp van klep P2. Het lage toerental mag niet hoger zijn dan 10 rpm. OPMERKING: de lage snelheid van de wikkelarmen moet correct worden ingesteld om de juiste richting op de foliesnijders te garanderen.
Afbeelding 3.7 : Foliesnijderrollen 3.7.3 Wikkeltafel kantelsnelheid Het aanpassen van de kantelsnelheid van de wikkeltafel kan de snelheid van de baal bij het afrollen van de wikkeltafel tijdens de baalval beïnvloeden. Het instellen van de kantelsnelheid van de wikkeltafel gebeurt door de klep P3 te draaien.
4. Wanneer de gewenste afstand is ingesteld, druk dan nog twee keer op beide knoppen tegelijk en zorg ervoor dat de uitvoermodus is ingesteld op Normaal gesloten (zie onderstaand symbool). Zo niet, druk dan omhoog of omlaag om te wijzigen. 5.
4 Bediening 4.1 Veiligheid 4.1.1 Veilige werkroutine 4.1.2 Veiligheid van de operator 4.1.3 Veiligheid van andere mensen 4.1.4 Montage ter plaatse 4.1.5 Gevaarlijke elementen tijdens het gebruik 4.1.6 Gevarenzones tijdens de bediening 4.1.7 Risico op omvallen 4.1.8 De machine verlaten 4.2 De machine aansluiten en instellen 4.2.1 Opstellen 4.2.2 Telescopische trekbalk en invoertrechter F10...
4.8 Parkeerrem 4.9 Operatorsplatform 4.10 Persluchtreinigingssysteem 4.10.1 Bedieningsmodus 4.10.2 Aanbevelingen 4.1 VEILIGHEID BELANGRIJK: als zich gevaarlijke situaties voordoen, moet u de aftakas onmiddellijk uitschakelen. 4.1.1 Veilige werkroutine Deze machine mag in geen geval voor een ander doel worden gebruikt dan het beoogde doel. Alleen bij dag- licht bedienen.
Voer een visuele controle van de volledige machine uit om eventuele transportschade op te sporen. Zorg ervoor dat de machine op een stevige ondergrond staat voordat u de machine uitlijnt en water- pas zet. De steunpoten kunnen tijdens het uitlijnen of monteren van de machine in de grond zakken. Wees voorzichtig bij het monteren van de compactor.
4.2 DE MACHINE AANSLUITEN EN INSTELLEN 4.2.1 Opstellen BELANGRIJK: wees bewust van het gevaar van kantelen bij het optuigen. 4.2.2 Telescopische trekbalk en invoertrechter F10 1. Parkeer de compactor op een vlakke en stevige ondergrond. 2. Koppel de kabels voor de verlichting, de slangen voor de remmen en de hydraulica los, evenals de trekbalk.
Pagina 36
Voer een functietest uit van alle noodstopschakelaars voordat u begint met persen. 4 BEDIENING...
4.2.3 Overzicht van hendel en bedieningselementen Afbeelding 4.1 : Overzicht van hendel en bedieningselementen MP2000-X sectie 3.3.1 Bedieningspanelen voor beschrijvingen van de hendels/bedieningselementen met betrek- king tot de invoertrechter. 4.2.4 Hendellijst Telescopische trekbalk en invoertrechter F10 Hendelnr.: Klepfunctie Linker steunpoot, achter Omhoog/omlaag Rechter steunpoot, achter Omhoog/omlaag...
OPMERKING: het waterpas zetten van de compactor kan in de loop van de tijd veranderen als het oppervlak niet helemaal stevig is. Controleer daarom regelmatig of de machine waterpas staat. Als dit niet het geval is, kan dit leiden tot machinefouten en ongelijkmatige slijtage of beschadiging van de kamerbanden. 4.2.6 Plaatsing van de trekker met telescopische trekbalk De trekker moet aan de linkerkant van de machine worden geplaatst bij het aansluiten van de aandrijfas van de aftakas.
poort moet zijn uitgeschakeld wanneer deze niet in gebruik is. 4.2.11 Olietemperatuur De olietemperatuur wordt linksboven op de hoofdpagina van het scherm weergegeven. Als de olie te koud is, laat u de aftakas op maximaal 300 rpm draaien tot de minimale starttemperatuur is bereikt. Zie de tem- peratuurwaarden hieronder.
4.4 TESTPERIODE De eerste 50 bedrijfsuren worden beschouwd als de testperiode. OPMERKING: voordat de compactor vanuit de fabriek wordt verzonden, heeft Orkel een grondige kwa- liteitscontrole uitgevoerd en een testsessie uitgevoerd. De testsessie wordt uitgevoerd zonder enig mate- riaal. Enkele aanpassingen tijdens de eerste opstart is te verwachten, afhankelijk van het materiaal dat in balen wordt geperst.
Filters BELANGRIJK: Orkel raadt de gebruiker aan om regelmatig visuele controles van de compactor uit te voeren en actief te luisteren naar abnormale geluiden. Voer aanpassingen uit zodra daar behoefte aan is. Een probleem dat niet onmiddellijk wordt verholpen, kan verdere problemen veroorzaken en in het ergste geval leiden tot een mechanisch defect.
beschadiging van het hydraulische systeem. Zorg ervoor dat alle tankventielen zijn geopend voordat u begint. sectie 11.2 Kleppenoverzicht Wanneer u op het startpictogram op het scherm drukt, gebeurt het volgende: De kamer, opvoerband, subtransportband en invoertrechter starten. Het materiaal wordt in de baalkamer ingevoerd.
OPMERKING: 14 omwentelingen/cycli van de wikkelarm is gelijk aan ongeveer 6 lagen folie op de baal. 4.7 WIKKELARMEN 4.7.1 Wikkelarm noodstop De wikkelarmen van de compactors zijn voorzien van beschermers die de beweging van de wikkelaars stop- pen als ze tijdens het wikkelen worden geblokkeerd. Als de beschermers worden geactiveerd, verschijnt er een melding op het scherm.
Pagina 44
Afbeelding 4.3 : Folierekker met spanner Afbeelding 4.4 : Lege folierekker Het invoeren van de folie gebeurt zoals geïllustreerd in de basistekening Afbeelding 4.5 : Folie in de folierekker gezien van boven. 4 BEDIENING...
U vindt instructies voor het installeren van nieuwe folierollen op www.orkel.com/qr 4.8 PARKEERREM De parkeerrem bevindt zich bij het rechter zijwiel (Afbeelding 4.6). Draai met de klok mee om in te scha- kelen en tegen de klok in om uit te schakelen OPMERKING: zorg er altijd voor dat de parkeerrem is uitgeschakeld voordat u de compactor verplaatst.
Afbeelding 4.8 : Persluchtreinigingssysteem op de plasticbindapparaat 4.10.1 Bedieningsmodus De drie verschillende reinigingsprocessen worden geactiveerd door specifieke signaalsequenties. 1. Kamerdeur Reinigt de contactvlakken van de kamerdeur wanneer de baal naar de wikkeltafel wordt verplaatst. Geactiveerd door het inschakelen van de subtransportband. 2.
Pagina 47
Afbeelding 4.9 : Klep en filter, locatie Het is raadzaam om een externe compressor te gebruiken die zich buiten het vervuilde gebied bevindt. BELANGRIJK: het gebruik van de trekkercompressor wordt niet aanbevolen vanwege onvoldoende com- pressorcapaciteit. 4 BEDIENING...
5 Transport 5.1 Transportveiligheid 5.1.1 Snelheidslimiet 5.1.2 Voorbereiding voor de weg 5.1.3 Hefpunten 5.1.4 Omsnoeren en vastbinden 5.1.5 Ontmanteling van de machine 5.2 Gebruik van de snelweg 5.2.1 Transportvoorbereiding, telescopische trekbalk en invoertrechter F10 5.1 TRANSPORTVEILIGHEID Wees bewust van het kantelgevaar wanneer u niet op de weg rijdt. 5.1.1 Snelheidslimiet 5.1.2 Voorbereiding voor de weg Deze machine is ontworpen om alleen door de trekbalk te worden getrokken.
Voorkant: gebruik een nylon band om een lus te maken rond de voorste dwarsbalk (balkafmeting: 100 x 100 mm). Achterzijde: gebruik hefpunten op de hydraulische krikstandaarden OPMERKING: gebruik alleen gecertificeerde hefwerktuigen met voldoende hefvermogen. Hef- en omsnoeringspunten Afbeelding 5.1 : 5.1.4 Omsnoeren en vastbinden Beveilig de machine tegen verplaatsen als deze per vrachtwagen, trein of boot wordt vervoerd.
18. Controleer de wegverlichting en remmen voordat u gaat rijden. 19. Zorg ervoor dat de opslag van de folie, de afdekkingen en de luiken allemaal gesloten en vastgezet zijn. Gebruikersbronnen voor de F10-voertrechter zijn te vinden op www.orkel.com/qr 5 TRANSPORT...
Afbeelding 6.1 : Hoofdpagina met namen van pictogrammen 6.1.2 Pictogrammen voor het starten van programmasequenties Automatisch starten/stoppen Dit pictogram start de machine in de automatische modus. De machine kan worden gestopt door opnieuw op het pictogram te drukken (rood symbool). Net-/foliesysteem starten Dit icoon start een volledige sequentie waarin het net-/foliesysteem net of folie op de baal in de kamer legt.
Afbeelding 6.2 : Menuscherm 6.1.4 Gebruikersinstellingen [taal en scherm] Druk op de hoofdpagina op het menu en vervolgens op het pictogram Taal- en scherminstellingen. Kies de gewenste taal. Het systeem onthoudt welke taal is gekozen en gebruikt deze als standaardtaal. De helderheid van het scherm en het toetstoonvolume kunnen ook op deze pagina worden ingesteld.
Afbeelding 6.3 : Pagina met taal- en scherminstellingen 6.1.5 Systeeminformatie Druk op de hoofdpagina op het menu en op het pictogram Systeeminformatie Deze pagina toont informatie over de geïnstalleerde software (SW), spanning en geregistreerde gege- vens. Afbeelding 6.4 : Systeeminformatiescherm 6.1.6 Handmatige bediening Vanaf deze pagina's kunnen de verschillende functies van de machine handmatig worden bediend door het betreffende pictogram in te drukken en vast te houden.
Pagina 55
Handmatige bediening, pagina 1 Afbeelding 6.5 : Pagina 2 Afbeelding 6.6 : Handmatige bediening, pagina 2 Opvoerband laten draaien, hoge snel- Opvoerband laten draaien, lage snelheid heid Subtransportband inschakelen, trans- Opvoerband en kamer portsnelheid Subtransportband inschakelen, recy- Invoertrechter laten draaien clingsnelheid 6 BESTURINGSSYSTEEM...
Het venster Machine-instellingen Afbeelding 6.7 : 6.1.8 Snelle instellingen Afbeelding 6.8 : Snelle instellingen Bepaalde machine-instellingen zijn ook toegankelijk via de hoofdpagina en wanneer de machine in de auto- matische modus draait. 6 BESTURINGSSYSTEEM...
Presets Afbeelding 6.9 : Bovenaan de lijst staan presets (voorgedefinieerde fabrieksinstellingen) van Orkel voor verschillende mate- rialen. Deze kunnen niet worden gewijzigd. Als de machine-instellingen worden gewijzigd wanneer een der- gelijke preset wordt geactiveerd, wordt automatisch een nieuwe instelling aangemaakt en geactiveerd.
Afbeelding 6.10 : Sensoroverzicht met status 6.1.11 Meldingen Druk op de hoofdpagina op het menu en vervolgens op het pictogram voor Mel- dingen. Op deze pagina ziet u een lijst met de voorgaande 100 operationele berichten, inclusief foutmeldingen. 6 BESTURINGSSYSTEEM...
Afbeelding 6.11 : Berichtenscherm 6.1.12 Tijd en datum Druk op de hoofdpagina op het menu en vervolgens op het pictogram Tijd- en datuminstellingen. De waarden kunnen omhoog en omlaag worden aangepast door op de pijlen aan de rechter- en linkerzijde te drukken.
Pagina 61
Afbeelding 6.13 : Gebruikersgegevenspagina Wanneer u op het pictogram linksboven drukt, genereert de besturingseenheid een afdrukbaar tekst- bestand met het klantenlogboek. OPMERKING: steek de mini-USB-USB-adapter en de flash drive in de besturingseenheid. Het tekstbestand wordt direct op de flash drive afgedrukt wanneer u op de knop Genereren drukt. Het pictogram rechtsonder opent de gebruikerslijst, waar klantendatabases kunnen worden aangemaakt, geactiveerd en verwijderd.
Gebruikerslijst Afbeelding 6.14 : 6.1.14 Weegsysteem Het weegsysteem wordt niet ondersteund door de in dit document beschreven softwareversie. 6.1.15 Reset Druk op de hoofdpagina op het menu en vervolgens op het pictogram Reset. Met dit pictogram wordt het persproces gereset, zodat dit vanaf het begin wordt gestart wanneer de machine in de automatische modus wordt gezet.
Herstart het scherm door de hoofdschakelaar ten minste 3 seconden uit te schakelen. Wanneer het Orkel-logo wordt weergegeven, houdt u de rechterbenedenhoek ingedrukt tot Application Loader wordt weergegeven. Druk op Update software, kies de software in de lijst en druk op Kopiëren naar display. Wacht tot de statusregel Gereed aangeeft.
Afbeelding 6.16 : Softwarevenster De groene balken geven aan dat de update wordt geïnstalleerd 6.1.17 Instellingen en uitleg Instellingen Uitleg Kamersnelheid, persen Kamersnelheid tijdens persen Kamersnelheid, netinvoer Kamersnelheid tijdens net-/folie-invoer Kamersnelheid, net trekken Kamersnelheid wanneer net/folie op de baal wordt gelegd Kamersnelheid, lossen Kamersnelheid bij het uitwerpen van de baal uit de kamer.
Pagina 65
Instellingen Uitleg hogere transportsnelheid op de subtransportband Net-/foliebinding startvertraging Vertraging voor de start van het net-/foliesysteem bij het berei- ken van de maximale kamerdruk Stopvertraging voor opvoerband Vertraging voordat de opvoerband stopt bij het bereiken van de maximale kamerdruk Duur van net-/folie-invoer Bepaalt de duur van de net-/folie-invoer wanneer de net-/fo- liesequentie begint Snelheid van de wikkeltafel, twee rollen...
Pagina 66
Instellingen Uitleg opvoerband is gestart Wikkeltafel in werking voor het lossen Definieert of de wikkeltafel draait om de folie te knijpen voordat de baal valt 6 BESTURINGSSYSTEEM...
7 Onderhoud en mechanische aanpassingen 7.1 Veiligheid 7.1.1 Voor het onderhoud 7.1.2 Veiligheidsmaatregelen tijdens onderhoud en mechanische aanpassingen 7.1.3 Gevaarlijke elementen tijdens het onderhoud 7.1.4 Controle na reparatie of onderhoud 7.2 Elektriciteit 7.2.1 Zekeringen 7.3 Wielen 7.4 Kettingen 7.4.1 Kettingspanner A 7.4.2 Kettingspanner B en C 7.5 Invoertrechter 7.5.1 De invoertrechterbanden strakker aandraaien F10...
7.1.1 Voor het onderhoud Voordat er onderhoud of aanpassingen aan de machine worden uitgevoerd, raden wij u aan te overleggen met uw lokale dealer of Orkel AS. Alle reparatiewerkzaamheden moeten worden uitgevoerd door een vak- bekwame monteur. 7.1.2 Veiligheidsmaatregelen tijdens onderhoud en mechanische aanpassingen OPMERKING: vanwege uw eigen veiligheid raadt Orkel AS aan om alle reparatie- en onder- houdswerkzaamheden aan de machine bij daglicht of gelijkwaardige omstandigheden uit te voeren.
7.1.3 Gevaarlijke elementen tijdens het onderhoud Als u zich niet aan de gegeven instructies houdt, kan dit leiden tot persoonlijk letsel of verlies van mensenlevens Knellen/verpletteren van vingers en handen in de buurt van kettingen en tandwielen Knellen/verpletteren van vingers en handen tijdens het reinigen van transportbanden en rollen. Verstrikt raken in de aftakas.
Controleer op abnormale slijtage aan tandwielen en kettingen. Vervang versleten onder- delen indien nodig. Neem contact op met uw lokale leverancier of rechtstreeks met Orkel AS als u twijfelt over onderdelen die moeten worden vervangen. 7.4.1 Kettingspanner A Basisinstelling: Stel de kettingspannerbout van de kameraandrijving af tot de kettingspeling ongeveer 3 mm bedraagt.
Implicaties tijdens de aanpassing: Bij het afstellen van de linkerzijde (aandrijfkettingspanning) of de rechterzijde (bandspoor) van deze rol, beïnvloeden deze afstellingen elkaar. Daarom moet u beide zijden meerdere keren aanpassen, totdat u de ultieme combinatie van kettingspanning en bandspoor hebt bereikt. Aanpassing: 1.
7.5 INVOERTRECHTER 7.5.1 De invoertrechterbanden strakker aandraaien F10 Deze banden zijn kettingen met gelaste dragers. Controleer de bandspanning en let op ongelijkmatige slij- tage. Afbeelding 7.3 : Transportband voor invoertrechter, F10 Procedure: Draai de vier bouten die de beugel vasthouden los. Draai de contramoer los en draai de bout van de kettingspanner aan tot de juiste bandspanning is bereikt.
7.5.2 Kogellagers De rollen in de invoertrechter mogen geen vervormingen en scheuren vertonen. Controleer de lage- rafstanden zonder bandspanning. Vervang versleten lagers. 7.6 OPVOER- EN SUBTRANSPORTBAND 7.6.1 Transportbanden en invoerdrager Subtransportband en opvoerband. De subtransport- en opvoerband zijn kettingen met gelaste dragers. Controleer de kettingspanning en let op ongelijkmatige slijtage.
Pas beide zijden gelijk aan. Draai de contramoer en de bevestigingsbouten op de beugel vast. 7.6.3 Kettingspanner, subtransportband Afbeelding 7.7 : Kettingspanner subtransportband 7.6.4 Kettingspanner, opvoerband F10 Afbeelding 7.8 : Kettingspanner F10 opvoerband 7 ONDERHOUD EN MECHANISCHE AANPASSINGEN...
OPMERKING: in extreme gevallen van verwarming kan een speciale vulnippel worden gebruikt (krachtsmering) na het verwijderen van de slang van het lager. Neem contact op met Orkel indien dat nodig is. 7.7.2 De voorste kamerband aanpassen De afstelling van de bandsporen gebeurt aan de rechterzijde van de kamer (bovenste rol aan de voorkant).
Afbeelding 7.9 : De voorste kamerband Afbeelding 7.10 : Afstand C van de voor- loopt naar A/B ste kamer Draai de bevestigingsbouten los om beweging van de beugel mogelijk te maken. Draai de contramoer los en stel de afstand C in door de stelmoer aan te draaien. Draai de contramoer en de bevestigingsbouten van de beugel vast wanneer de band over het juiste spoor loopt.
Pagina 77
Het verstellen van het bandspoor gebeurt door de afstand C op het rollagerpunt D (Afbeelding 7.13) te wij- zigen Afbeelding 7.12 : Spanrol Door de afstand C te vergroten, gaat het bandspoor in de richting van B (Afbeelding 7.12). Wanneer de afstand C wordt verkleind, gaat het bandspoor in de richting van A.
Pagina 78
Afbeelding 7.13 : Lagerpunt (D), spanrol Afbeelding 7.14 : Beugels verstellen, achterste kamerband Bovenste verstelrol C Voorafgaand aan deze verstelling is het zeer belangrijk om ervoor te zorgen dat de machine waterpas staat. 7 ONDERHOUD EN MECHANISCHE AANPASSINGEN...
Het afstellen van het bandspoor gebeurt door de afstand D op de rol C (Afbeelding 7.15) te wijzigen. Bij voorkeur op de rechter zijbeugel. Afbeelding 7.16 : Spanrol Afbeelding 7.15 : Beugel, bovenste ver- stelrol Door de afstand D te vergroten, loopt de band naar A (Afbeelding 7.16) in de kamer.
Afbeelding 7.17 : Bandspanner, rechterkant Basisinstellingen: Draai de moer B totdat er een ruimte A van 1 mm tussen de spoelen zit (Afbeelding 7.17). OPMERKING: bij het persen van zeer lichte en droge materialen, zoals hooi en houtsnippers, kan het lastig zijn het materiaal te laten draaien.
Afbeelding 7.18 : Band met sluitstang en sluitring 7.8 PLASTICBINDAPPARAAT Het bindapparaat, dat brede folie of net bevat, bevindt zich bovenop de kamer. Plasticbindapparaat, locatie Afbeelding 7.19 : 7.8.1 Controle en onderhoud 1. Reinig en smeer de geleiders voor de invoerrollen. 2.
4. Controleer de toestand van de hydraulische slangen en koppelingen. Controleer het apparaat op eventuele lekkages. 5. Bedien de vrijloopfunctie (toevoerrollen). Invoerollen, gezien vanaf Afbeelding 7.21 : het operatorplatform Afbeelding 7.20 : Vrijloop, gezien vanaf wikkeltafel 7.9 WIKKELTAFEL 7.9.1 Inspectie Controleer de werking van beide noodstophendels.
Mesbed Afbeelding 7.23 : 7.9.2 De wikkeltafelband De spanning van de wikkeltafelband moet worden aangepast zoals afgebeeld in Afbeelding 7.24. Correcte bandspanning, wikkeltafel Afbeelding 7.24 : De bandspanning kan worden aangepast door de rol te verplaatsen. Er zijn zes alternatieve gaten om de rolsteun te monteren (Afbeelding 7.25)
Pagina 84
Afbeelding 7.25 : Gaten voor rolsteun Draai de bovenste bout los om enige beweging op het lagerhuis mogelijk te maken. Demonteer de onder- ste bout en trek de rol naar een geschikte positie. Steek de bout in een geschikt gat. Beide zijden moeten gelijk worden gemonteerd.
7.10 FRAME, TREKBALK, BEVESTIGINGEN 7.10.1 Frame Controleer eenmaal per maand de lasnaden op scheuren of vervormingen. 7.10.2 Hoofdcomponenten, bevestigingspunten Controleer alle belangrijke boutverbindingen en draai deze indien nodig opnieuw vast. Trekbalkframe Trekbalk—oog Kamer—frame Invoertrechter—frame Opvoerband—frame Besteed extra aandacht aan de bouten waarmee de trekbalk en het oog worden vastgezet. (574 Nm) Bevestigingsbouten voor trekbalkoog Afbeelding 7.27 : 7.11 KAMERROLLENBUSSEN...
Pagina 86
Afbeelding 7.28 : Controleer op speling in de bus. Rode markeringen geven gebieden aan op de bussen. Er zijn twee typische condities van een versleten bus, afhankelijk van waar de bus zich op de machine bevindt. Lees de beschrijving en zie Afbeelding 7.28.
7.11.2 Toelaatbare slijtage Klein type, 40 mm Nieuwe lager: 40 mm binnendiameter, 44 mm buitendiameter. Defecte lager: ≥ 42,2 mm binnendiameter. Meet de diameter op verschillende plaatsen om de juiste indruk te krijgen van de ovaalheid van het lager. Groot type, 50 mm Nieuwe lager: 50 mm binnendiameter, 55 mm buitendiameter Defecte lager: ≥...
Tandwiel verwijderen Afbeelding 7.31 : 7.12 HYDRAULIEK 7.12.1 Hydraulische olie Het oliepeil wordt bewaakt door de besturingseenheid. Op de besturingseenheid wordt een alarm met de melding 'oliepeil - laag' weergegeven. Vul bij indien nodig. Het oliepeil kan ook visueel worden gecon- troleerd door middel van een in/op de olietank geplaatst olieglas.
Afbeelding 7.32 : Peilstok met max. en min. peilindicatoren Afbeelding 7.33 : Locatie peilstok Het oliepeil moet tussen max. en min. op de peilindicator staan. Vul bij indien nodig. De tandwielolie moet minimaal één keer per jaar worden ververst of wanneer dat nodig is. Zie goed- gekeurde smeermiddelen in sectie 8.6.4 Tandwielkast en tandwielen voor hydraulische motoren OPMERKING: bij het verversen van de tandwielolie moet de magnetische plug worden gereinigd.
Oliën kunnen heet zijn. Er kan enige druk in het hydraulisch systeem en de hydraulische slangen/leidingen blijven, ook al staat de machine stil. BELANGRIJK: vervang altijd de filters bij het verversen van de hydraulische olie! 7.13.1 Olie- en filtervervanging Hydraulische olie 1.
3. Verwijder het filter. 4. Afvoeren tot het leeg is. 5. Ruim de gemorste olie op. 6. Monteer het nieuwe filter. 7. Gooi het oude filter weg volgens de milieuvoorschriften. BELANGRIJK: gebruik altijd originele onderdelen bij het vervangen van het filter. Tandwielolie vervangen Voor hoofdapparatuur, invoertrechter, opvoerband en wikkeltafel: 1.
Draag altijd een veiligheidsbril, handschoenen en geschikte werkkleding. Houd altijd een brandblusser binnen handbereik. 7.15 ONDERHOUDSGESCHIEDENIS Wij raden u aan om alle service-/onderhoudswerkzaamheden in deze tafel in te vullen Datum/jaar Service/onderhoud/grote reparatie Uitgevoerd door naam/bedrijf 7 ONDERHOUD EN MECHANISCHE AANPASSINGEN...
8 Smering 8.1 Smeersysteem, beka max EP 1 8.1.1 Oliesmering, bedrijfsmodus 8.1.2 Vetsmering, bedieningsmodus 8.1.3 Beka Max-vetsmeringssysteem 8.2 Smeermiddelen bijvullen 8.2.1 Het oliereservoir bijvullen 8.2.2 De hoeveelheid vet aanpassen 8.2.3 Ontluchting van het vetsysteem 8.3 Elektrische pomp en hoofdverdeler 8.4 Problemen oplossen voor Beka max 8.5 Olietemperatuur 8.6 Goedgekeurde smeermiddelen 8.6.1 Hydrauliek...
Pagina 94
Afbeelding 8.1 : Pompelement, aanzuigfase Afbeelding 8.2 : Pompelement, drukfase Het vetsmeringssysteem is een progressief systeem. Het gebruikt alle soorten vet van NLGI kl. 2 type. Zie aanbevolen smeermiddelen in sectie 8.6.3 Smeren. Een progressief smeersysteem betekent dat alle lagers één voor één worden gesmeerd. Dit progressieve systeem maakt het smeersysteem eenvoudig te controleren door middel van een overdrukklep (nr.
Halve draai aan de stelschroef reduceert het toegevoegde vet met 0,013 cm³. Neem contact op met Orkel Compaction als u vragen hebt. Het is ook mogelijk om de hoeveelheid vet voor de besturingseenheid te regelen. Instelbaar van 100% tot 40%.
4. Activeer nogmaals de smeerfunctie vanuit de besturingskast (de pomp zal draaien zolang de knop op de besturingskast is geactiveerd). 5. Ontkoppel de slang van het eerste verdelerblok en activeer de pomp totdat u een constante stroom uit deze uitgang hebt. 8.3 ELEKTRISCHE POMP EN HOOFDVERDELER 8.4 PROBLEMEN OPLOSSEN VOOR BEKA MAX Problemen...
Problemen Oorzaak Oplossing OPMERKING: correcte montage van de motor Luchtzak in pomp Ontlucht de pomp Pomp werkt, maar voert geen vet toe Peil in het reservoir is te laag Vul het reservoir bij Pompelement bouwt geen druk op (geen Vervang het pompelement luchtzak) Pomp werkt niet Zie 'Pomp werkt niet' hierboven.
8.6.3 Smeren Smeren: Gebruik vetkwaliteit NLGI 2 met hogedrukadditieven EP (Extreme Pressure) Shell GADUS S3 V220C 2 Statoil seway CAH 92 Aanbevolen vet: UNO X Multifak EP 2 8.6.4 Tandwielkast en tandwielen voor hydraulische motoren Tandwielolie: Renolin unisyn CLP 220N 8 SMERING...
8.8 SMEERLIJST - HANDMATIGE SMEERPUNTEN MP2000-X: Aantal aan elke Nr.: Beschrijving: Locatie: Totaal Interval kant: Opvoerband, lager Links en rechts Handrem Rechts Subtransportband, opvoerbandzijde Links en rechts Remas, ondersteuning Links en rechts Onder de opvoerband, lagers op rollen Links en rechts Opvoerband, bovenste Links en rechts Kamercilinder...
9 Behoud 9.1 Schoonmaken 9.1.1 Hogedrukreiniger gebruiken 9.2 Opslag 9.2.1 Langdurige opslag 9.2.2 Olie bijvullen in de vetsmeringsopslag 9.1 SCHOONMAKEN 9.1.1 Hogedrukreiniger gebruiken De compactor kan worden gereinigd met een hogedrukreiniger. Richt de lichtbundel niet op elektrische ver- bindingen en componenten. BELANGRIJK: draag gehoorbescherming bij het reinigen van de compactor met een hogedrukreiniger.
10.5 OPTIES (WEEGSYSTEEM, RADIOGRAFISCHE AFSTANDSBEDIENING) 10.6 IN- EN UITGANGEN 10.6.1 IO-blok 1 Locatie ID Beschrijving Type Hoog Midden Laag X1.1 V02 Kamer open ·1 ·2 X1.2 V03 Kamer dicht ·1 ·2 X1.3 V04 Omleiding wikkelaar uit ·1 ·2 X1.4 ---------- NIET IN GEBRUIK ---------- X1.5 ---------- NIET IN GEBRUIK ---------- X1.6...
Locatie ID Beschrijving Type Hoog Midden Laag X3.15 ---------- NIET IN GEBRUIK ---------- X3.16 S47 Thermoschakelaar X3.17 Kabelherkenning X12.8 X3.18 ---------- NIET IN GEBRUIK ---------- X3.19 ---------- NIET IN GEBRUIK ---------- X3.20 S31 Kamersnelheid X3.21 S32 Netcontrole X3.22 S35 Opvoerbandsnelheid X3.23 ---------- NIET IN GEBRUIK ---------- 10.6.4 IO-blok 5...
Locatie ID Beschrijving Type Hoog Midden Laag X6.6 V54 Flap rechterzijde controleren ·1 ·2 X6.7 V55 Flap linkerzijde controleren ·1 ·2 X6.8 ---------- NIET IN GEBRUIK ---------- X6.9 ---------- NIET IN GEBRUIK ---------- X6.10 ---------- NIET IN GEBRUIK ---------- X6.11 ---------- NIET IN GEBRUIK ---------- X6.12 ---------- NIET IN GEBRUIK ----------...
10.11 SENSORLIJST EN -FUNCTIE Ingangen op de regelaars voor het standaardsysteem Beschrijving Type Merk en type Reeks Opmerking Standaard 70 Echografie voor baal op tafel Digitale echografie Microsonische mic+130/D/TC 100...2000 mm Pepperl&Fuchs NBB8-18GM50- Tafel in middenpositie Inductief PNP 3...8 mm E2-V1 Pepperl&Fuchs NBB8-18GM50- Wikkelarm in basispositie...
Pagina 123
Ingangen op de regelaars voor het standaardsysteem Beschrijving Type Merk en type Reeks Opmerking Pepperl&Fuchs NBB8-18GM50- Opvoerbandsnelheid Inductief PNP (puls) 3...8 mm E2-V1 Afstandsbediening - invoerrollen Schakelaar NO openen Afstandsbediening - invoerrollen Schakelaar NO sluiten Afstandsbediening - folie-/netwik- Schakelaar NO keling starten Analoog 4 - 20 mA, 0...250...
11.1.3 Plasticbindapparaat, subtransportband en invoertrechter 11.1.4 Lijst van hydraulische schema's Uitgangen op de regelaars voor het standaard systeem Type Merk en type Verbruikte stroom @ 24 Vdc Weerstand in Ohm Opmerking Digitale klep Comatrol SV-15-34-04 1,38 A Digitale klep Comatrol SV-15-34-05 1,38 A Digitale klep Comatrol SV-15-34-05...
Pagina 128
Uitgangen op de regelaars voor het standaard systeem Type Merk en type Verbruikte stroom @ 24 Vdc Weerstand in Ohm Opmerking Digitale klep Comatrol SV-15-34-02 1,38 A Digitale klep Comatrol SV-15-34-04 1,38 A Digitale klep Comatrol EVK 06/C5 1,1 A Digitale klep Comatrol SV-15-34-05 1,1 A...
Oliesoort Motorolie SAE 10W - 30, 15W - 40 Olieverbruik 6 ml per baal op de tafel. 0,3 l/u (bij 50 balen per uur) Volumecontainer 4,2 l 12.4 HYDRAULISCH SYSTEEM Kameraandrijving: 280/340 bar (SW/overdrukklep) Subtransportband, invoertrechter en foliesysteem: 180 bar Opvoerband en kamerdeur: 170 bar Wikkelaar...
Pagina 135
Woordenlijst Invoertrechter In de invoertrechter wordt materiaal ingevoerd dat via de opvoerband naar de kamer wordt verplaatst. Deze is gemonteerd aan de achterkant van de compactor en wordt geleverd in verschillende typen; F5, F10, F25. Het nummer geeft de laadcapaciteit van de invoertrechter in m³ aan. Opvoerband Verplaatst het materiaal van de invoertrechter naar de kamer.
Pagina 136
Wikkelarmen Wikkelt de baal met folie terwijl deze op de wikkeltafel ligt door de armen om de baal te draaien. De veiligheidsvoorzieningen zijn op de armen gemonteerd, zodat de noodstop wordt geactiveerd als iets de veiligheidsvoorzieningen raakt. Wikkeltafel De wikkeltafel wordt aan de voorzijde van de compactor geplaatst en houdt de baal vast terwijl deze door de wikkelarmen in folie wordt gewikkeld.
Pagina 137
Index Besturingssysteem Machine-instellingen 56 Dagelijkse controlelijst 39 Elektriciteit Elektrische schema's 13 Hoe gebruikt u deze handleiding? 13 Hydrauliek Aanbevolen oliesoorten 24 Aanbevolen vet 99 Kleppengrafiek 129 Onderhoud 13, 38, 67 Smering Goedgekeurde smeermiddelen 89, 98 Smeren 75, 98-99 Testperiode 20, 40, 88 INDEX...