Wiellader
2.
Zorg ervoor dat het aanbouwdeel, indien geïnstalleerd, in de laagst
mogelijke stand staat.
3.
Controleer of de machine niet beweegt.
Zet de rijrichtingschakelaar in de neutrale stand.
4.
Activeer de parkeerrem.
5.
6.
Draai de contactsleutel van positie I naar 0.
8.7
Met de machine rijden
78 Werking
•
Zorg ervoor dat u op de hoogte bent van alle gevaren
en van de bedieningsinstructies van de machine
voordat u gaat rijden.
•
Zorg ervoor dat u bekend bent met de
bedieningsapparatuur van de machine.
•
Raadpleeg Openbare weg op pagina 47 en Terrein op
pagina 48 voor de regels met betrekking tot het rijden
op de weg en op werkvlakken.
•
In de stoel zit een schakelaar die detecteert of er
een bestuurder op de stoel zit. De machine gaat
alleen rijden wanneer er een bestuurder op de
bestuurdersstoel zit.
R1911 - G2200E