Camera-instellingenmenu
Gebruikersinstellingen
Met deze instellingen kunt u de gebruiksomgeving aanpassen.
U stelt als volgt
Druk in de opnamemodus op [m]
→
gebruikersopties in:
een optie.
Beschikbare items en de volgorde hiervan kunnen verschillen, afhankelijk van
de opnamemodus.
ISO aanpassen
ISO-stap
U kunt het formaat voor de ISO-waarde instellen op 1/3 of 1 stap.
Auto ISO bereik
U kunt voor ISO Auto de maximale ISO-waarde voor de diverse
belichtingsstappen instellen.
Optie
Waarde
1 stap
ISO 200, ISO 400, ISO 800*, ISO 1600, ISO 3200
ISO 125, ISO 160, ISO 200, ISO 250, ISO 320,
1/3 stap
ISO 400, ISO 500, ISO 640, ISO 800*, ISO 1000,
ISO 1250, ISO 1600, ISO 2000, ISO 2500, ISO 3200
Ruisonderdrukking
→
Gebruik Ruisonderdrukking om zichtbare ruis in foto's te verminderen.
u of X
Optie
Hoge ISO
ruisonderdr.
Lange
ruisonderdr.
DMF (Direct Manual Focus)
U kunt de scherpstelling handmatig aanpassen door de scherpstelring
te draaien nadat u hebt scherpgesteld door [Ontspanknop] half in te
drukken. Deze functie is mogelijk niet bij alle lenzen beschikbaar.
* Standaard
Beschrijving
Met deze functie wordt ruis die bij een hoge ISO-
waarde optreedt, verminderd. (Uit, Aan*)
Met deze functie wordt ruis bij lange belichtingen
verminderd. (Uit, Aan*)
* Standaard
125