Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

56
nl | Alarm
3.
8.6

Alarmregels

Een alarmregel definieert welke uitgang(en) door welke ingang(en) wordt (worden)
geactiveerd. Kort gezegd kunt u met een alarmregel een camera aanpassen zodat het
automatisch reageert op verschillende alarmingangen.
Om een alarmregel te configureren, geeft u één ingang op van een fysieke aansluiting, van een
activering van een bewegingsmelder of van een aansluiting naar de LIVE-pagina van de camera.
De fysieke ingangsaansluiting kan worden geactiveerd door apparaten met spanningsloze
contacten zoals drukmeters, deurcontacten en soortgelijke apparaten.
Geef vervolgens maximaal twee (2) regeluitgangen op, of de reactie van de camera op de
ingang. Voorbeelden van uitgangen zijn onder meer: een fysiek alarmrelais, een aux-commando
of een preset-scène.
1. Klik op het selectievakje Ingeschakeld om het alarm te activeren.
2. Klik op Ingang 1 (een fysieke alarmverbinding).
3. Selecteer de juiste ingang:
Selecteer een van de volgende uitgangsopdrachten voor zowel Uitgang 1 als Uitgang 2:
Opmerking: niet alle opties zijn beschikbaar voor alle camera's.
In de tabel hieronder ziet u de opties voor in- en uitgangen en de extra velden die worden
weergegeven afhankelijk van de geselecteerde opties.
2018.05 | 1.1 |
Als u klaar bent, klikt u op Instellen om de scripts op te slaan in het apparaat. Als de
verzending is voltooid, verschijnt het bericht Parseren van script is geslaagd. boven het
tekstveld. Als de verzending is mislukt, verschijnt er een foutmelding met verdere
informatie.
Alarmingang: als u deze optie selecteert, wordt rechts een tweede invoerveld (een fysieke
alarmverbinding) weergegeven met de opties 1: Ingang 1 of 2: Ingang 2.
Dag/nacht
IVA/MOTION+: als u deze optie selecteert, start er een alarm wanneer IVA of
bewegingsdetectie wordt geactiveerd.
Verbinding: als u deze optie selecteert, start er een alarm wanneer er wordt geprobeerd
toegang te krijgen tot het IP-adres van de camera.
Tijd: als u deze optie selecteert, wordt rechts een invoerveld weergegeven. In dit veld
voert u de tijd in voor activering van het alarm in uren en minuten. (De standaardwaarde
is 00:00.)
Tijdbereik: als u deze optie selecteert, worden rechts twee invoervelden weergegeven. In
deze velden voert u het tijdbereik in voor activering van het alarm in uren en minuten. (De
standaardwaarden zijn 00:00 en 00:01.)
Geen: er is geen opdracht gedefinieerd.
AUX aan: een standaard of aangepaste bedieningspaneelopdracht AAN definiëren.
AUX uit: een standaard of aangepaste bedieningspaneelopdracht UIT definiëren.
Preset: definieert een preset van opname 1-256. (Opmerking: deze optie is niet
beschikbaar voor de ingang Tijdbereik.)
Bedieningshandleiding
AUTODOME IP 4000i│AUTODOME IP
5000i│AUTODOME IP 5000i IR
Bosch Security Systems

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave