10
7.1 Inhoud van de verpakking
Het volgende treft u aan in de verpakking:
- Warmtepompboiler
- Muurbeugel (deze bevindt zich in de polysty-
reen onderdeksel van de verpakking)
- Zakje met bevestigingsmateriaal
- Handleiding
7.2 Verpakking en het milieu
Om het milieu te sparen moet u:
• Het karton en polystyreen afzonderlijk bij een
plaatselijk verzamelpunt inleveren t. b.v. herge
bruik.
• De bandages en overige verpakkings resten bij
het reguliere afval voegen.
8 Technische specificaties
Voor technische specificaties van deze warmte-
pompboiler verwijzen wij u naar:
- Tabel technische gegevens op bladzijde 16
- Maatschets, fig. 10 op pagina 15
- Typeplaat op boiler, voor plaats zie fig. 1 op
pagina 3
- Grafiek ventilatiecapaciteit, fig. 6 op pagina 11
- Grafiek luchtweerstand filterbox, fig. 5 op
pagina 11.
9 Installatievoorbereiding
9.1 Plaatselijke installatievoorschriften
Bij het installeren van de warmtepompboiler dient
u de ter plaatse geldende installatievoorschriften
van o.m. elektriciteits- en waterleidingbedrijf in
acht te nemen.
9.2 Installatievoorwaarden
Bepaal aan de hand van de warmtepompboileraf-
metingen (fig. 10, pag. 15) de plaats waar de warm-
tepompboiler opgesteld gaat worden. Houd daarbij
rekening met de volgende punten:
-
Warmtepompboiler, inlaatcombinatie, water- en
afvoerleidingen bevinden zich in een vorstvrije
ruimte;
-
De wand of de vloer is vlak en kan het gewicht
van de warmtepompboiler met inhoud dragen;
-
Onder en boven (zoals aangegeven in fig.10,
pag.15) de warmtepompboiler is voldoende
ruimte voor service en onderhoud.
9.3 Aansluitvoorwaarden
-
Elektrische aansluitingen zijn aanwezig of kun-
nen worden aangelegd.
-
In de voeding moet een alpolige schakelaar met
een contactafstand van tenminste 3 mm wor-
den opgenomen.
-
Waterleidingen zijn aanwezig of kunnen wor--
den aangelegd.
-
Tussen de inlaatcombinatie en de warmte-
pompboiler mag nooit een afsluiter worden
geplaatst.
-
Een vorstvrije afvoerleiding is aanwezig of
kan worden aangelegd.
-
Direct na de ontlastklep wordt een open
trechter in de afvoerleiding opgenomen.
-
Het expansiewater uit de ontlastklep en het
condenswater uit de condensafvoerleiding
wordt via de afvoerleiding onder gelijkmatig
afschot naar bad, gootsteen of riool afgevoerd.
9.4 Te gebruiken toebehoren
-
Voor de wand geschikte bevesti gingsmate-
rialen: drie keilbouten (M10) of houtdraad-
bouten (10 x 60 mm).
-
Een inlaatcombinatie* met ontlastklep waar -
van de openingsdruk gelijk of lager moet
zijn dan de werkdruk van de warmtepomp-
boiler en tenminste 100 kPa (1 bar) hoger dan
de water leidingdruk.
-
Een reduceerventiel* indien de waterleiding-
druk hoger is dan de sluitdruk van de ont-
lastklep.
-
Een alpolige schakelaar voor in de elektrische
voeding.
-
Een sifon indien
streeks op het riool wordt aangesloten.
-
Een warmtepompboilerstoel* bij vloerop-
stelling.
-
Een afdekplaat* met toebehoren ter vervan-
ging van de standaard linker luchtaansluiting.
-
Een filterbox*
-
Buisisolatiemateriaal om de warmwaterlei-
ding te isoleren.
* Te bestellen bij Inventum bv
10 Installatie
10.1 Montage warmtepompboiler
•
Bevestig met drie bouten de ophangbeugel
op de vooraf bepaalde plaats.
•
Verdraai de kunststof schijven zodanig dat
de muurbeugel horizontaal wordt gesteld.
•
Draai de 3 stelschroeven in de steunbeugel
aan de onderzijde.
•
Hang de warmtepompboiler aan de muur-
beugel.
•
Stel m.b.v. de stelschroeven de boiler verticaal.
10.2 Aansluiting waterleiding
•
Spoel eerst alle leidingen die op de warmte-
pompboiler worden aangesloten goed door
(vooral belangrijk bij nieuwbouwwoningen).
ECOLUTION OPTIMA
(niet meegeleverd)
de afvoerleiding recht-
Gebruik bij de montage van wartels
en knelkoppelingen altijd 2 steeksleutels
om buiging en wringing op de leidin-
gen en appendages te voorkomen.
NEDERLANDS
10384 - rev 4