Reinigingsmiddel doseren
Voor elk afwasprogramma moet er reini-
gingsmiddel in het daarvoor bestemde
doseerbakje worden gedaan, behalve
voor: "KOUD VOORSPOELEN".
– Doseer poedervormig reinigingsmid-
del in de vakjes.
– Reinigingstabletten kunnen op ver-
schillende plaatsen in de afwasauto-
maat worden gelegd.
Volg de adviezen van de fabrikant
op die op de verpakking staan.
De fabrikanten van afwasmiddelen ge-
ven de voor een afwasprogramma be-
nodigde totale hoeveelheid op de ver-
pakking aan in ml.
Gebruik voor de "UNIVERSEEL" - pro-
gramma's minstens 30 ml reinigings-
middel.
Geeft de fabrikant een grotere hoe-
veelheid aan, gebruik dan deze grotere
hoeveelheid.
De dosering is afhankelijk van het soort
reinigingsmiddel en van het gekozen af-
wasprogramma en kan dus verschillen.
Neem daarom in ieder geval de doseer-
aanwijzingen in het programma-over-
zicht op de volgende bladzijden in acht.
Doe de verpakking steeds goed
dicht als u vrij grote hoeveelheden
reinigingsmiddel koopt; anders ver-
liest het middel zijn reinigingskracht!
30
In vakje I kan max. 25 ml., in vakje II
max. 80 ml. In vakje II zijn markerings-
streepjes aangebracht om het doseren
makkelijker te maken. De streepjes ge-
ven de stand in ml aan.
Druk op de sluiting van het klepje
van het doseerbakje.
Het klepje springt dan open.
Na het afwasprogramma is het klepje
altijd open.
Doseer het reinigingsmiddel in de
vakjes.
Sluit het klepje van het doseerbakje.