Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Onderhoud; Verdere Controlemogelijkheden; Onderhoudsfrequentie - Atag ZonneGasCombi II Installatievoorschrift

Verberg thumbnails Zie ook voor ZonneGasCombi II:
Inhoudsopgave

Advertenties

12.2 Onderhoud

Voer de volgende handelingen uit als het toestel gerei-
nigd moet worden:
De luchtkast
Vuil dat wordt aangezogen door de luchttoevoerpijp zal
onder in de luchtkast terechtkomen. Verwijder het vuil
met een doek en een eenvoudig (niet schurend)
reinigingsmiddel.
Het gebruik van schuurmiddel veroorzaakt
hinderlijke krassen in de luchtkast.
De branderstenen en warmtewisselaar
Reinig deze componenten alleen indien gebleken is dat
de maximale luchtverplaatsing niet meer gehaald wordt
zoals omschreven in hoofdstuk 12.1.
Om de warmtewisselaar te kunnen in-
specteren dient de ventilatorunit te wor-
den verwijderd.
Voer de volgende handelingen uit:
-
Sluit de gaskraan en trek de stekker uit de wand-
contactdoos;
-
Verwijder de mantel;
-
Draai de Control Tower om zijn linker schanierpunt
en verwijder de kunststof luchtkast;
-
Draai de koppeling van de gasleiding onder het
gasblok los;
-
Trek de elektrische aansluitstekker van het gasblok
en de ventilatormotor;
-
Draai de voorste kruiskopschroef van de zwarte
luchtdemper los;
-
Draai de twee bovenste knevelstangen een kwart-
slag en verwijder deze door ze naar voren te trekken;
-
Til de ventilatorunit iets op en neem deze naar voren
weg;
-
Controleer de ventilatorunit en de luchtdemper op
vervuiling en reinig deze zonodig (droog houden!);
-
Verwijder de branderstenen door deze naar boven
te tillen en in dezelfde richting als de ventilatorunit
van de warmtewisselaar weg te nemen;
-
Reinig de branderstenen en de warmtewisselaar
met een stofzuiger of perslucht (in tegengestelde
richting blazen);
Het wederom monteren van de componenten gaat in
omgekeerde volgorde.
Besteed extra aandacht aan de volgende componenten
bij het monteren:
-
Zorg ervoor dat de pakking van de branderstenen
juist op de warmtewisselaar is geplaatst;
-
Zorg ervoor dat de knevelstangen van de ventilator-
unit voldoende ver naar achteren zijn gedrukt en dat
ze weer een kwartslag gedraaid zijn;
-
Zorg ervoor dat de gaskoppeling onder het gasblok
aangedraaid is.
Controleer na onderhoudswerkzaamheden
altijd alle gasvoerdelen op dichtheid (d.m.v.
lekzoekspray).
De sifon en condensbak
Voer de volgende handelingen uit om de sifon op
vervuiling te controleren:
-
Laat de stekker uit de wandcontactdoos;
-
Draai de sifonbeker linksom los totdat hij niet meer
vastgehouden wordt door de schroefdraad;
Gebruik geen tang of sleutel voor het verwij-
deren van de sifonbeker
-
Trek de rookgasafvoer uit de condensbak;
-
Draai de twee onderste knevelstangen een kwart
slag en verwijder deze door ze naar voren te trekken;
-
Druk de condensbak iets naar beneden en trek deze
naar voren weg;
-
Reinig de condensbak.
Het monteren geschiedt in omgekeerde volgorde.
-
Plaats de condensbak met pakking (evt. nieuwe)
terug. Let op de juiste positie van de pakking.
-
Plaats de knevelstangen en draai ze een kwartslag.
-
Druk de rookgasafvoer weer in de condensbak en
plaats de klem terug.
-
Monteer de sifon en zorg ervoor dat de pakkingen op
de juiste positie blijven zitten.
Draai de sifonbeker handvast en vervolgens een
kwartslag los.

12.3 Verdere controlemogelijkheden

Controle door middel van een ionisatiemeting.
-
De ionisatie geeft weer of er een vlam aanwezig is.
De meting vindt plaats door middel van het aanslui-
ten van een Micro-ampèremeter in serie met de
ionisatiedraad. De minimaal toegestane ionisatie-
stroom is 2 µA. Het toestel zal zijn belasting aanpas-
sen wanneer de ionisatiestroom de ondergrens van
2 µA bereikt.
Voer een visuele inspectie uit op een aantal componen-
ten en controleer deze op hun functioneren:
-
Het overstortventiel mag geen leksporen vertonen.
-
De sifon dient schoon te zijn.
-
Het CV waterfilter behoeft alleen gereinigd te wor-
den indien de circulatiepomp op maximale snelheid
wordt gestuurd en de maximale DT blijvend over-
schreden wordt.
Plaats na (onderhouds-)werkzaamheden al-
tijd de mantel terug en borg de mantel met de
schroef.

12.4 Onderhoudsfrequentie

ATAG adviseert, om de twee jaar een inspectie- en om
de vier jaar een onderhoudsbeurt aan het toestel uit te
voeren. Hierbij moet rekening gehouden te worden met
de omstandigheden (bv. kwaliteit toevoerlucht) waarin
het toestel is geplaatst. Hieruit zal blijken of de inspectie-
en onderhoudsintervallen verkort moeten worden.
Neem bij twijfel kontakt op met ATAG Verwarming.
Installatievoorschrift HR ZonneGasCombi
pagina 27
II

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Hr 5003 zgc-200Hr 5005 zgc-200

Inhoudsopgave