GBM-8
§
Na het plaatsen controleert u de hele schakeling grondig op een
goede plaatsing en een juiste poling van alle onderdelen. Controleer
ook of niet per ongeluk printbanen met tin zijn overbrugd. Dit kan
niet alleen leiden tot een verkeerde werking, maar ook tot
beschadiging van deze onderdelen. U kunt overvloedig soldeertin
met een schone soldeerstift opnieuw vloeibaar maken. De tin vloeit
dan van de print naar de soldeerstift.
4. Werking
De railbezetmelder GBM-8 kan zowel in analoge (gelijk- of
wisselstroom) als in digitale modelspoorwegen worden gebruikt. De
schakeling kan maximaal 8 blokken controleren. Intern is de GBM-8 in
vier stukken met elk 2 railbezetmelders opgedeeld, die aan vier
verschillende boosters of trafo's kunnen worden aangesloten.
Herkennen van voertuigen
Met een gevoeligheid van 5 mA herkent de GBM-8 de locomotieven of
wagens met verlichting heel goed, echter niet de voertuigen die zelf
geen stroom verbruiken.
Aanwijzing: de kleine stroom, die vloeit, wanneer een as van een
voertuig met weerstandlak is geverfd, is in de regel niet voldoende om
door GBM-8 herkend te worden. In dit geval is de 4 voudige
railbezetmelder GBM-1** geschikt.
Elektrische verbruikers, die zich in een afgeschakeld blok bevinden,
worden door de GBM-8 herkend, wanneer er parallel aan de schakelaar
een weerstand wordt ingebouwd.
In principe kan de GBM-8 in (analoge) gelijkstroombanen alleen
voertuigen herkennen, die uit een bepaalde richting het blok
binnenrijden. Is de herkenning van voertuigen uit beide richtingen
noodzakelijk, dan kan een railbezetmelder GBM-1** worden gebruikt.
Nederlands
Pagina 63