Voor implantaatgebruikers
Cochlear-apparaten kenmerken zich door veiligheid en effectiviteit. Het
is echter ook van essentieel belang dat u er voorzichtig mee omgaat.
Dit hoofdstuk bevat waarschuwingen en voorzorgsmaatregelen
voor veilig en effectief gebruik van uw hulpmiddel. Raadpleeg
ook de gebruikershandleiding voor specifieke waarschuwingen en
voorzorgsmaatregelen met betrekking tot het gebruik van externe
componenten.
Waarschuwingen
Dit hoofdstuk bevat algemene waarschuwingen om uw veiligheid te
waarborgen.
Onwel voelen bij het gebruik van uw geluidsprocessor
Verwijder de externe apparatuur (processor, spoel, eventueel bijgevoegde
accessoires) onmiddellijk en neem contact op met uw arts als u zich
onwel voelt wanneer u uw geluidsprocessor gebruikt. Onwel voelen
omvat duizeligheid, hartkloppingen, een licht gevoel in het hoofd, pijn op
de borst, moeite met slikken en andere onaangename neveneffecten.
Geluidsprocessors die niet zijn geprogrammeerd voor
het implantaat
Gebruik alleen de geluidsprocessor die is geprogrammeerd voor uw
ABI541 hersenstamimplantaat. Het gebruik van een geluidsprocessor
die is geprogrammeerd voor een andere gebruiker, of voor alle andere
soorten implantaten op een ander oor, kan leiden tot ongewenste
effecten, zoals een verstoord hartritme.
© Cochlear Limited 2017
Belangrijke informatie - 5