3.5.2 TB2, relaisaansluiting alarm low
De uitgang voor het SPDT-relais alarm low is direct. De alarm low-uitgang kan normaal bekrachtigd
of niet-bekrachtigd, zelfhoudend of niet-zelfhoudend zijn.
Alle opties kunnen worden ingesteld via Modbus, HART of de dipschakelaar. De instructies vindt u in
hoofdstuk 4.2 "Toestelinstellingen wijzigen".
TB2
Relais alarm
Positie
low
18
C
19
1
20
2
3.5.3 TB1, relaisaansluiting storing
De standaardconfiguratie voor het SPDT-storingsrelais is normaal bekrachtigd. en niet-zelfhoudend.
Deze configuratie kan niet worden gewijzigd.
Het storingsrelais wordt geactiveerd tijdens een time-out functie, door een situatie van weinig of geen
voeding of tijdens een COPM-storing. Zolang deze omstandigheden van kracht zijn, zal het storings-
relais niet-bekrachtigd worden en het signaal voor analoge uitgang verlaagt naar 0 mA (2 mA voor
een COPM-storing).
TB1
Storingsre-
Positie
lais
9
C
8
1
10
2
3.5.4 Alarmresetschakelaar
Gebruik de alarmresetschakelaar om een zelfhoudend alarm high- of alarm low-uitgang die niet meer
van toepassing is, te resetten.
Doe het volgende:
(1)
Verbind één contact van een normaal open momentschakelaar met TB2 klem 11.
(2)
Verbind het andere contact met COM (toestel gemeenschappelijk).
(3)
Druk op de alarmresetschakelaar en laat weer los.
Positie
Functie
TB2 POS 11
RESET
TB2 POS 14
TEST
Er kunnen geen meerdere toestellen in een in serie geschakelde configuratie worden
gestopt voor gebruik van de alarmresetschakelaar. Elke zelfhoudende alarm low- en
alarm high-uitgang moet handmatig worden gereset.
Relaiscontact
Relaiscontact
(niet-bekrachtigd)
(bekrachtigd)
Gemeenschappelijk
Gemeenschappelijk
Normaal gesloten
Normaal open
Normaal open
Normaal gesloten
Relaiscontact
Relaiscontact
(niet-bekrachtigd)
(bekrachtigd)
C
C
Normaal gesloten
Normaal open
Normaal open
Normaal gesloten
FL500 UV/IR, FL500-H
vlamdetector
2
Installatie
NL
24