[C‑00] Instelpunt maximum uittredend water verwarmen
[C‑01] Instelpunt minimum uittredend water verwarmen
[C‑02] Instelpunt maximum uittredend water koelen
[C‑03] Instelpunt minimum uittredend water koelen
Dit hangt af van lokale instelling [A‑04].
[C-04]
Deze instelling is niet van toepassing.
[d] Instellingen niet van toepassing
[E] Servicestand
[E‑00]
Deze instelling is niet van toepassing.
[E‑01]
Deze instelling is niet van toepassing.
[E‑02]
Deze instelling is niet van toepassing.
[E‑03]
Deze instelling is niet van toepassing.
[E‑04] Werking alleen pomp (ontluchtingsfunctie)
Het is heel belangrijk dat bij de installatie en inbedrijfstelling van de
unit alle lucht uit het watercircuit wordt verwijderd.
Deze lokale instelling laat de pomp draaien om zo lucht uit de unit te
verwijderen zonder de unit te laten draaien. De pomp draait
10 minuten, stopt 2 minuten, etc.
[E‑04]
0 (standaard)
Normale werking van de unit
1
Automatisch ontluchten gedurende
108 minuten
2
Automatisch ontluchten gedurende
48 minuten
[F] Instelling optie
[F‑00] Overshoot-waarde temperatuur retourwater
Met deze instelling kan de toelaatbare overshoot worden ingesteld
bij gebruik van de unit in koelen THERMO AAN/UIT.
De unit wordt alleen in THERMO AAN geschakeld als de
temperatuur van het retourwater (RWT) tot boven het instelpunt plus
de differentiaaltemperatuur stijgt:
Thermo AAN: RWT<Instelpunt+(([F‑00]/2)+1)
De instelling [F‑00] kan variëren van 0 tot 15 in stappen van 1 graad.
De standaardwaarde is 5; dit betekent dat de standaardwaarde van
de differentiaaltemperatuur 3,5 is.
7.3
Met behulp van de
lekdetectiefunctie
7.3.1
Over de automatische lekdetectiefunctie
De lekdetectiefunctie kan worden geautomatiseerd. Stel de
intervaltijd of de tijd tot de volgende automatische lekdetectie in met
behulp van parameter [2‑85]. Parameter [2‑86] bepaalt of de
lekdetectie één keer (binnen [2‑85] dagen) of intermitterend, met een
interval van [2‑85] dagen, wordt uitgevoerd.
Voor de lekdetectiefunctie moet de bijgevulde hoeveelheid
koelmiddel onmiddellijk na het beëindigen van het vullen worden
ingevoerd. Dit moet worden ingevoerd vóór het proefdraaien.
SERHQ020~032BAW1 + SEHVX20~64BAW
Compacte split luchtgekoelde water-chiller
4P508020-1A – 2018.01
Beschrijving
7.3.2
Handmatige lektest uitvoeren
De lekdetectie kan ook één keer worden uitgevoerd door middel van
de volgende procedure.
1 Druk één keer op BS2.
2 Druk nogmaals op BS2.
3 Druk 5 seconden op BS2.
Informatiecodes:
Het resultaat van de lekdetectie wordt weergegeven in [1‑35] en
[1‑29].
Stappen tijdens lekdetectie:
Display
Voorbereiding
Drukvereffening
Opstarten
Lekdetectie
(b)
Standby
Lekdetectie is beëindigd
(a)
Als de binnentemperatuur te laag is, begint eerst het
verwarmen.
(b)
Als de binnentemperatuur door de lekdetectiewerking
minder dan 15°C bedraagt en de buitentemperatuur lager
dan 20°C is, begint het verwarmen om een
basiscomfortniveau te behouden.
7.4
Omschakelen tussen koelen en
verwarmen
Schakelen tussen koelen en verwarmen kan op 2 manieren,
afhankelijk van hoe de temperatuur wordt geregeld, d.w.z. op basis
van de kamertemperatuur of op basis van de temperatuur uittredend
water.
Schakelen tussen koelen en verwarmen met de
gebruikersinterface
Als de unit wordt gestuurd op basis van kamertemperatuur (externe
kamerthermostaat of kamerthermostaat van de gebruikersinterface),
schakelt u met de knop koelen/verwarmen op de gebruikersinterface
om tussen koelen en verwarmen.
O
U
T
TO IN/D
ON
UNIT
DS1
OFF
F1
F2
1
2
3
4
I
N
F1 F2
P1 P2
P1 P2
a
a
Gebruikersinterface
Schakelen tussen koelen en verwarmen met de
keuzeschakelaar koelen/verwarmen
Als de unit wordt gestuurd op basis van de temperatuur uittredend
water, gebruikt u best de ABC-klemmen op de buitenunit. In de
volgende afbeelding ziet u waar de klemmen zich bevinden.
Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker
7 Configuratie
Stappen
(a)
45