Inhoudsopgave
Advertenties
Meetkwaliteit
De meetkwaliteit wordt aangegeven met behulp van de volgende kleurcodes:
Blauw – uitstekend; Groen – acceptabel; Geel – niet acceptabel; Rood – slecht
De meetkwaliteit is gebaseerd op de volgende meet- en omgevingscriteria:
Aantal punten – Hoe hoger het aantal meetpunten, hoe beter het effect op de kwa-
l
liteitsfactor. De meetpunten moeten over een zo groot mogelijke rotatiehoek worden ver-
spreid.
Rotatiehoek – Hoe breder de rotatiehoek waardoor de assen en/of koppelingen tijdens
l
de meting worden gedraaid, hoe beter het effect op de kwaliteitsfactor.
Standaarddeviatie van het punt – Voor elk meetpunt wordt een aantal metingen uit-
l
gevoerd, afhankelijk van het ingestelde gemiddelde. De standaardafwijking van het punt
is de basisgemiddelde kwadratische afwijking van deze metingen.
Ellips standaardafwijking – Dit is de kwadratisch gemiddelde afwijking van de meet-
l
punten op de berekende ellips.
Gelijke puntverdeling – Bij puntmetingen is het raadzaam om metingen uit te voeren bij
l
gelijke hoekstappen, zoals 0°, 45°, 90°, 135°.
Omgevingstrilling – het niveau van externe trillingen, bijvoorbeeld van draaiende
l
machine(s) in de buurt
Rotatiegelijkheid – de soepelheid van de meetrotatie, bijvoorbeeld als er tijdens de rota-
l
tie wrijving is die aan de as 'trekt'
Hoekrotatie-inertie – abrupte veranderingen in de rotatiesnelheid van de meting, bij-
l
voorbeeld het vrijgeven en opnieuw toepassen van een pauze tijdens de rotatie
Rotatierichting – verandering in de draairichting van de meting
l
Rotatiesnelheid – hoe snel de sensor en/of as wordt gedraaid tijdens de meting
l
Filteruitvoer – de hoeveelheid weggefilterde meetgegevens
l
Fluke 831
Ingebouwde hulpfunctie
75
Advertenties
Inhoudsopgave
