Een foto maken met gezichtsdetectie
1
Wanneer de camera is geopend en Gezichts-detectie is ingeschakeld, richt u de
camera op uw onderwerp. Er kunnen tot 5 gezichten worden gedetecteerd en elk
gedetecteerd gezicht wordt in een kader geplaatst.
2
Tik op het kader dat u wilt selecteren voor scherpstelling. Tik niet op een kader als
u de scherpstelling automatisch wilt laten bepalen.
3
Met een groen kader wordt het gezicht aangegeven waarop wordt scherpgesteld.
Tik op het scherm om de foto te maken.
Smile Shutter™ gebruiken om lachende gezichten vast te leggen
Gebruik de Smile Shutter™-technologie om alleen foto's van lachende gezichten te
maken. In de camera worden maximaal vijf gezichten herkend. Eén van deze gezichten
wordt geselecteerd voor glimlachdetectie en autofocus. Wanneer het geselecteerde
gezicht lacht, wordt automatisch een foto gemaakt.
Smile Shutter™ inschakelen
1
Activeer de camera.
2
Als de fotocamera niet is geselecteerd, versleept u
3
Tik op
om alle instellingen weer te geven.
4
Tik op Lach-sluiter en selecteer een lachniveau.
Een foto maken met Smile Shutter™
1
Wanneer de camera is geopend en Smile Shutter is ingeschakeld, richt u de
camera op uw onderwerp. In de camera wordt bepaald waarop moet worden
scherpgesteld.
2
Het geselecteerde gezicht verschijnt in een groen kader en de foto wordt
automatisch gemaakt.
3
Als er geen glimlach wordt gedetecteerd, tikt u op het scherm om de foto
handmatig te maken.
De geografische positie toevoegen aan uw foto's
Schakel geotagging in om een benadering van de geografische locatie (een geotag) toe
te voegen aan foto's die u maakt. De geografische locatie wordt bepaald met behulp van
draadloze netwerken (mobiele netwerken of Wi-Fi®) of GPS-technologie.
Wanneer
wordt weergegeven op het camerascherm, is geotagging ingeschakeld
maar is de geografische positie niet gevonden. Wanneer
geotagging ingeschakeld en is de geografische locatie beschikbaar. U kunt dan een
geotag toevoegen aan uw foto. Wanneer geen van de twee symbolen wordt
weergegeven, is geotagging uitgeschakeld.
Geolabels inschakelen
1
Activeer de camera.
2
Als de fotocamera niet is geselecteerd, versleept u
3
Tik op
en tik vervolgens op Geotags > Aan.
4
Tik op OK om akkoord te gaan met het inschakelen van GPS en/of draadloze
netwerken.
5
Schakel de gewenste opties in onder Locatieservices.
6
Nadat u de instellingen hebt bevestigd, drukt u op
camerascherm.
7
Als
op het camerascherm wordt weergegeven, is uw locatie beschikbaar en
kan een geotag aan uw foto worden toegevoegd. Controleer uw GPS en/of
draadloze netwerkverbinding als dit niet het geval is.
Dit is een internetversie van deze publicatie. © Uitsluitend voor privégebruik afdrukken.
naar
.
wordt weergegeven, is
naar
.
om terug te keren naar het
107