U
NIVERSELE CASSETTE
1.
Open de universele cassette (a).
2.
Vouw de papiersteunen uit (b).
3.
Druk de papiersteun (c) voorzichtig naar beneden om ervoor te zorgen dat de steun
vastklemt in de onderste stand.
4.
Plaats het papier en stel de papiergeleiders (d) in op het gebruikte papierformaat.
>
Voor enkelzijdig afdrukken op briefhoofdpapier plaatst u het papier in de
universele cassette met de bedrukte zijde omhoog en de bovenrand in de printer.
>
Voor dubbelzijdig afdrukken (duplex) op briefhoofdpapier plaatst u het papier met
de bedrukte zijde omlaag en de bovenrand van de printer af. (De optionele
duplexeenheid moet zijn geïnstalleerd voor deze functie.)
>
Enveloppen moeten met de afdrukzijde naar boven worden geplaatst. De
bovenzijde moet aan de linkerkant worden geplaatst zodat de korte zijde als
eerste wordt ingevoerd. Selecteer voor enveloppen niet de optie voor dubbelzijdig
afdrukken.
>
Laad niet meer dan ongeveer 100 vel of 10 enveloppen. De maximale
stapelhoogte is 10 mm.
5.
Druk de vergrendelingsknop van de cassette naar binnen om de papiersteun vrij te
maken, zodat het papier wordt opgetild en in de juiste positie wordt geplaatst.
Stel in het menu Media het juiste papierformaat voor de universele cassette in (zie
'Menufuncties' op pagina 16).
Papier in de printer plaatsen > 14
a
c
d
b
d